KAARS EN BRIL: DE OUDSTE NEDERLANDSE GRAMMATICA door drs. K. Bostoen INLEIDING Negentienvierentachtig is het jaar waarin de moord op de Prins wordt herdacht, maar voor neerlandici is het om nog een reden een herdenkingsjaar: het is im mers ook vierhonderd jaar geleden dat in de kring van de Amsterdamse rederij kers de eerste Nederlandse grammatica werd gepubliceerd. De titel ervan luid de: Twe-spraack vande Nederduitsche LetterkunstHet boek wordt toegeschre ven aan de geleerde koopman Hendrick Laurensz. Spiegel2. Gedrukt werd het te Leiden bij Christoffel Plantijn en bij zijn verschijning kreeg het een voor woord mee van Dirck Volckertsz. Coornhert. De stof van het boek omvat echter naast de grammatica van het Nederlands ook nog een logica en een retorica. Om die reden wordt het werk als het eersteNederlandstaligegepubliceerde trivium beschouwd. Trivium is een term uit het middeleeuwse onderwijssysteem waar mee de eerste drie der zeven vrije kunsten worden bedoeld. Deze drie elemen taire vakken zijn: grammatica, dialectica of: logica en retorica. Vóór 1584 zijn er reeds aanzetten geweest tot een dergelijke onderneming. Twee van die aanzetten zijn bekend, maar wellicht waren er wel meer. Zo is D.V. Coornhert rond 1568, tijdens zijn ballingschap in het Rijnland, aan een grammatica begonnen, maar helaas is hiervan tot nu toe geen snipper terugge vonden3. Een andere aanzet is wel overgeleverd. Het betreft hier de anonieme Voorreden vanden noodich ende nutticheit der Nederduytscher taelkunste uit 1568, waarvan zowel de auteur als het milieu waarin het geschrift was ontstaan onbekend ble ven. Geen wonder dat men op grond van dit jaartal 1568 vaak heeft veronder steld dat deze grammatica dezelfde was als Coornherts onbekend gebleven aan zet. In 1982 echter heb ik aangetoond dat deze veronderstelling onjuist was4. Sindsdien heb ik nog meer gegevens weten te verzamelen. Bekend is nu dat het werkje ontstond in de kring van uitgeweken Nederlanders te Londen. Net zoals de auteur van de Twe-spraack was de auteur ervan tegelijk een koopman en een humanist, een mercator sapiensmaar in tegenstelling tot Spiegel was hij geen factor van een rederijkerskamer. Zijn grammatica was ook niet, zoals die van Spiegel, in de typisch litteraire dialoogvorm geschreven. In dit artikel zal ik nader ingaan op deze nieuwe inzichten; hierbij zal ik voor het eerst de tekst naar het oorspronkelijke handschrift uitgeven. 1. Een afschrift en een origineel Het oorspronkelijke handschrift van de Voorreden vanden noodich ende nutti cheit der Nederduytscher taelkunste kwam in juli 1849 onder ogen van mr. Johan nes Tiberius Bodel Nijenhuis (1797-1872), een man met veel belangstelling voor historie, topografie en bibliografie. Hij was een kleinzoon van de Leidse acade miedrukker Johannes Luchtmans, na wiens overlijden hij diens aandeel in de 2

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1984 | | pagina 40