Afb. 8. Baarland, toren zuidwestzijde. Gravure H. Spilman 1745. Zelandia Illustrata II, 1350. Wat kan de oorzaak zijn geweest van het grote aantal en de grote verscheiden heid van deze torens? Om deze vraag te kunnen beantwoorden moet eerst wor den uitgezocht wanneer de torens werden gebouwd en door wie. De Zuidbevelandse torens dateren allemaal uit de 14e of de 15e eeuw. Een meer nauwkeurige datering is niet eenvoudig te geven, daar archiefmateriaal ge heel ontbreekt. Men moet derhalve afgaan op de vormgeving van de monumen ten zelf en die vergelijken met gebouwen die betersiateerbaar zijn. De vroegste torens op het eiland behoren allemaal tot het eerste type dat door Janse en Meischke werd onderscheiden. De toren van Wemeldinge is waarschijn lijk wel de oudste en wordt door Hermans en Kamphuis rond 1350 gedateerd9. Dit is wellicht aan de late kant, daar de versiering van spaarvelden en blindtrace- ringen, alsook de toepassing van zware rondstaven overeenkomt met die in de koren van Kloetinge en Kapelle, die rond 1300 worden gedateerd10. De detaille ring van al deze gebouwen vertoont grote overeenkomsten met 13e-eeuwse ker ken in Vlaanderen". Gezien de overeenkomsten tussen de Wemeldingse toren en de twee koren ligt het voor de hand ze alle ongeveer in dezelfde tijd te plaatsen, namelijk tussen 1300 en 1330'2. 9. Hermans, Kamphuis, De Nederlandse Hervormde kerk12. 10. Don, Kunstreisboek86. 11. Bijvoorbeeld de kerken van Lissewege en Damme, zie: L. Devlieger, 'De opkomst der kerke lijke gotische bouwkunst', 218, 267. 12. De rondstaven en blindtraceringen zijn bij de - zoals verderop zal blijken - rond 1350 gebouwde toren in Oudelande geheel vervangen door een scherpere detaillering. 166

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1993 | | pagina 192