delijk is het ook zijn invloed geweest waardoor De Vos lidmaat werd van de Ne derlandse Hervormde Kerk. Hij werd dat eerst in 1916. De aanneming en beves tiging vond in verband met de gevorderde leeftijd van De Vos in besloten kring plaats. Later keerde hij zich van de vrijzinnigen, die de meerderheid hadden binnen de hervormde gemeente, af en sloot zich bij de rechtzinnigen (ethische richting) aan. Namens hen werd hij lid van het college van kerkvoogden. Tot tweemaal toe werd De Vos' naam genoemd bij vacatures voor ouderling. Zijn verbondenheid met de hervormde kerk was niet van lange duur. Hij keerde zich zowel van de vrijzinnigen als de rechtzinnigen af en zegde tenslotte in 1931 zijn lidmaatschap op'h Gemeentearchivaris van Zierikzee In 1919 trad de Archiefwet 1918 in werking. Het was de eerste regeling om een zo goed mogelijke bewaring en beheer van de overheidsarchieven te waarborgen. De rijksarchivaris in Zeeland, mr. A. Meerkamp van Entbden, die tevens belast was met de inspectie van de gemeente- en waterschapsarchieven, nam op 15 april 1920 de archieven van Zierikzee in ogenschouw en moest constateren dat de bewaring veel te wensen overliet. De archieven waren nog steeds op zolder geborgen, waar ze niet beveiligd waren tegen brandgevaar. Bovendien was de or dening onvoldoende. Naar aanleiding van het rapport van de rijksarchivaris schreven Gedeputeerde Staten op 30 april een brief aan Burgemeester en Wethouders van Zierikzee. Zij wezen op de geconstateerde tekortkomingen en op de wenselijkheid van de aan stelling van een archivaris. P.D. de Vos was vanzelfsprekend de aangewezen man om als gemeentearchi varis te worden benoemd. De Archiefwet stelde echter een diploma verplicht aan nieuw te benoemen functionarissen. De wet bood de mogelijkheid om van deze verplichting ontheffing te verlenen. De Algemene Rijksarchivaris, prof.mr. R. Fruin. die De Vos kende, adviseerde positief. Nadat enkele formaliteiten vervuld waren, werd RD. de Vos op 6 augustus 1920 tot gemeentearchivaris benoemd14. Met ingang van 1 november 1920 trad De Vos in functie. Als nieuwe archief bewaarplaats werd aangewezen het vroegere distributiebureau op de begane grond van het stadhuis (thans het oostelijk deel van de zogenaamde vierschaar). In januari 1921 werd een begin gemaakt met het overbrengen van de archieven naar de nieuwe archiefbewaarplaats. De grote verdiensten van De Vos als gemeentearchivaris liggen op het vlak van de indicering van de voor genealogisch onderzoek belangrijke bronnen. Het grootste deel van de doop-, trouw- en begraafboeken voorzag hij van indices. Ook vervaardigde hij een afschrift van de poortersboeken. Op het punt van de dienstverlening was De Vos een vraagbaak voor velen. Het aantal bezoekers was in zijn periode nog gering: ongeveer 25 personen per jaar. Des te meer werd hij benaderd met schriftelijke vragen, vooral op genealogisch terrein. 13. SAZ, Archieven Hervormde gemeente te Zierikzee, Archief Kerkeraad, inv.nrs. 16 en 59. 14. SAZ. Archief gemeente Zierikzee. Notulen gemeenteraad, 1920 en correspondentie. 1920. nr. 468. 194

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1994 | | pagina 220