dingen en fabrieksnainen werden gebruikt. Door de massale toepassing van met
name chrysotiel is het niet verbazingwekkend dat deze vezels in de lucht worden
gevonden. Deze concentraties asbest worden echter maar gedeeltelijk veroor
zaakt door menselijke invloeden. Asbestvezels worden over de hele wereld aan
getroffen, zelfs op onbewoonde eilanden in de Stille Oceaan en in de sneeuw op
Antarctica, zelfs in de sneeuw van enkele duizenden jaren oud. Van ver voor
onze industriële revolutie worden dus asbestvezels aangetoond! Deze alom aan
wezige concentraties, ongeveer tien vezels kleiner dan vijf millimeter per liter
lucht, zijn afkomstig uit diverse gebieden in onder andere Californië, Zuid-
Afrika en Australië waar aan het oppervlak gesteente voorkomt dat. soms tot
90%. uit chrysotiel bestaat. Door weer en wind komen grote hoeveelheden vezels
in de lucht terecht die over de hele wereld worden verspreid. De concentraties
door menselijke invloeden komen hierbovenop. In principe geldt hetzelfde voor
crocidoliet, doch door de aard van deze vezels worden deze slechts in de directe
omgeving van de bron gevonden, in Zuid-Afrika en Australië.
Asbestziekten
Hoe reageert het menselijk lichaam op asbestvezels? Indien een arbeider met
blote handen in asbestvezels werkt, kan een aantal vezels in zijn huid blijven ste
ken. te vergelijken met houtsplinters. Dit kan leiden tot zogenaamde asbestwrat-
ten. die echter na het verdwijnen of verwijderen van de vezels spontaan genezen.
Deze zeer zeldzame afwijking wordt hier slechts uit historische overwegingen
vermeld. Zelf heb ik nooit iemand gesproken die een dergelijke asbestwrat had
gezien, terwijl ook foto's ervan ontbreken.
Een andere toegang tot het lichaam zijn de luchtwegen. Bij het inademen blijft
een groot deel van de vezels in de bovenste luchtwegen, onder andere de neus,
achter en wordt hier op natuurlijke wijze uil verwijderd. De vezels die in de die
pere luchtwegen terechtkomen, worden ook merendeels verwijderd door hel me
chanisme van de trilhaarcellen, die deze luchtwegen bekleden. Met wat slijm
worden deze vezels opgehoest en zo uit hel lichaam verwijderd of ingeslikt. Ko
men de vezels nog dieper in de perifere luchtwegen terecht, dan worden zij ver
wijderd door speciale cellen die alles opruimen wat er niet thuis hoort. Nog die
per kunnen de vezels tot op het longvlies terechtkomen. De lotgevallen van
individuele vezels hangen af van de lengte, de diameter en het soort asbest. Zo
worden van chrysotiel minder vezels diep ingeademd en worden er meer verwij
derd door de krullerige vorm, terwijl de naaldvormige crocidolietvezels vaker in
de diepte terecht kunnen komen. Chrysotiel vezels zijn bovendien niet zo goed
bestand tegen het zure milieu dat in de long heerst, waardoor veel vezels oplos
sen. Van chrysotiel is na enige tijd veel minder in de longen terug te vinden dan
van crocidoliet. Zodoende kan crocidoliet ook vele tientallen jaren na inademing
nog in long weefsel aangetoond worden, terwijl van chrysotiel reeds na een jaar
het merendeel is opgelost.
Hel bovenstaande geeft slechts in grove lijnen het lot van de asbestvezels in de
luchtwegen weer. De genoemde verdedigingsmechanismen van hel lichaam wer
ken uitstekend bij lage concentraties vezels, maar kunnen zeer grote concentra
ties. ook tijdelijke, niet voldoende verwerken, waardoor er afwijkingen en ziek
ten kunnen ontstaan.
156