Conferenties en congressen over asbest en mesothelioom
In de loop der jaren zijn er letterlijk tientallen congressen en conferenties over
asbest gehouden, waarbij ook zeer veel gegevens over maligne mesothelioom
vermeld en gepubliceerd werden. De verslagen van de meeste van deze bijeen
komsten zijn, zij het na enige tijd. gepubliceerd, maar de actuele informatie was
zeker in de beginjaren voor de bezoekers zeer waardevol. De eerste grote bijeen
komst vond in 1964 in New York plaats, de tweede in 1968 in Dresden. Daarna
volgden bijeenkomsten in 1972 en 1979 in Lyon. Kleinere bijeenkomsten werden
gehouden in Berlijn (1975), Oslo (1976), Kopenhagen (1976), Cardiff (1976) en
Guildford (1977). In 1977 werd ook in Nederland een asbestdag georganiseerd.
Een zeer uitgebreide serie conferenties van twee weken werd in 1978 in New
York gehouden. Later volgden Kopenhagen (1978). Basel (1984). Parijs (1989),
Brussel (1989). In Nederland vonden in 1979 (het Swieringa-asbestsymposium),
in 1985 en in 1990 asbestsymposia plaats. In 1992 werd een asbestsymposium
gehouden over asbest in de bouw. Deze opsomming is uiteraard niet compleet.
De genoemde bijeenkomsten werden vrijwel alle door één of beide Zeeuwse on
derzoekers bijgewoond, die in veel gevallen ook voordrachten hielden. Opval
lend is dat de meeste bijeenkomsten in de jaren zeventig werden georganiseerd.
De problematiek was toen kennelijk op haar hoogtepunt. Een opsomming van de
organisaties die deze bijeenkomsten regelden, zou in hel kader van dit artikel te
ver voeren. Wel is nog vermeldenswaard dal een internationale groep, de Interna
tional Mesothelioma Group, tol op heden zeer actief is en in 1995 reeds zijn
derde internationale conferentie organiseerde.
Mesotheliomencommissie longartsenvereniging 1984—heden
In het begin van de jaren tachtig, toen het aantal mesotheliomen toenam, ont
stond bij de longartsen de behoefte experimentele therapie systematischer te on
derzoeken. De longartsenvereniging, officieel Nederlandse Vereniging van artsen
voor longziekten en tuberculose, nam het initiatief om een aparte Mesothelio
mencommissie in te stellen. Aan Planteydt werd gevraagd het voorzitterschap op
zich te nemen. Als doelstelling van de commissie, die voor de eerste maal verga
derde op 6 september 1984, werd gedacht aan het informeren van longartsen
over de huidige stand van zaken en nieuwe ontwikkelingen, en aan het doen van
voorstellen ter verbetering van de diagnostiek en therapie, bijvoorbeeld in de
vorm van protocollen. Deze commissie van longartsen vergaderde meestal twee
maal per jaar. Behalve de discussies over nieuwe therapiemogelijkheden, werd
ook een patiëntenbrochure samengesteld over mesothelioom, getiteld borstvlies-
kanker. Eind 1992 legde Planteydt het voorzitterschap neer. De commissie bleef
actief, hetgeen onder andere bleek uit de organisatie van een symposium over as
best en longziekten in september 1999. De behandelingsmogelijkheden voor me-
sothelioompatiënten zijn nog steeds zeer beperkt en in feite alleen effectief voor
symptoombestrijding.
167