oick zijn dagge (een korte degen) getogen heeft in een staende merct, 't welcke es vierdubbelde boete. Ende hangt dese sake noch ongedecideert. soe dal de bail- Iiu noch ter tijt dair niet off ontfangen en heeft.'7" Danckaert Jansz. had te Rei- merswaal tijdens de markt zijn degen getrokken, een vergrijp waarvoor vier keer de gebruikelijke boete werd geëist. De zaak moest kennelijk nog voor de rechter komen, want de baljuw had nog geen boete ontvangen. Is dit onze Danckaert. waren de eerdere geschillen geëscaleerd of had hij ruzie met iemand anders? Jammer dat de posten in de rekeningen hier niet dieper op ingaan. Artikel 13 en 14 van de voorboden van Reimerswaal handelen over het gebruik van wapens bij ruzie. Op het hebben van wapens zonder ermee te vechten stond vijf pond boete. Werd er mee gevochten, dan was de boete tien pond. In de rekening wordt ge sproken van een vierdubbele boete. Waarschijnlijk heeft dit te maken met het feil dat het wapen getrokken werd tijdens de markt. Dit was een groot misdrijf tegen de openbare vrede en veiligheid, die tijdens marktdagen door het stadsbestuur werd gegarandeerd71. In de baljuwsrekeningen van latere jaren wordt Danckaert weer vermeld. In de rekening over de jaren 1507 en 1508 wordt melding gemaakt van de terechtstel ling van Jacob Cornelisz. uil Nieuwerkerk wegens moord.72 De baljuw van Rei merswaal had te Nieuwerkerk geen jurisdictie en kon derhalve geen beslag leg gen op de goederen van Jacob Cornelisz. Wel kon hij beslag leggen op twee paarden die Jacob bij zich had toen hij werd gearresteerd. Eén van die paarden werd voor drie pond gekocht door Danckaert Jansz. In de rekeningen over de pe riode 1509 tot en met 1511 vinden we hem in de boetebepalingen van de sche penbank72. In de rekening over 1509 en 1510 staat hij twee keer vermeld als ver oordeeld door de schepenen. De eerste boete bedroeg twintig schellingen. Dit was althans hel aandeel voor de heer; welk bedrag hij aan de stad Reimerswaal moest betalen, wordt hier natuurlijk niet vernield. Daarnaast was hij veroordeeld tot het betalen van een boete, waarvan vijf pond ten gunste van de heer. Even la ter in deze rekening vinden we dezelfde boete, betaald door Jan Willems 'die Danckart Jan Jans gequetst heeft'. Beide heren zullen wellicht met elkaar ge vochten hebben, maar is dit onze Danckaert? De kans dat er meer dan één Danc kaert Jansz. in Reimerswaal woonde, is natuurlijk aanwezig. Het patroniem Jansz. kwam zeer veel voor. Tenslotte vinden we in de rekening van 1511 iets dat ons bekend in de oren zal klinken: 'Van Danckaert Jans zoon van dat hij die vier- schaere gesloert hadde, daeromme hij gecondempniert es inde somme van iii Lb'. Gelijk daaronder: 'Van Claes Jans zoon van dat hij die vierschaere gestoert hadde, daeromme hij gecondempniert es inde somme van iii Lb.' Danckaert bleef onenigheid houden met het gerecht van Reimerswaal. Was Claes Jansz. familie, misschien was hij een broer van Danckaert? Wie zal het zeggen. Danckaert Jansz. contra Jan Pietersz. In 1505 speelde een geschil tussen Danckaert Jansz. en Jan Pietersz. Het proces biedt nog enige aanvullende informatie over de verbanning c.q. afwezigheid van Danckaert uil Reimerswaal. Het proces begon op vrijdag 25 april 1505?J. Danc kaert stond in het verslag van de eerste zitting weer als poorter van Reimerswaal genoemd. In de sententie van het Hof van Holland van drie weken daarvoor stond hij nog als 'wijlen poorter der stede van Reymerswale' vermeld. In zijn eis 15

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2000 | | pagina 25