1817 218 PRIJSVRAGEN vorsten van Europa zoodanig te veraangenamen, dat zij aan dezelve de voorkeur gaven, ten einde de schrijvers van hunne geschiedenissen daardoor behulpzaam te zijn en alle verwarring voor te komen? Indiener J.G. Lafont (inv.nr. 98, nr. 171). Conceptprijsvraag 226 Wanneer men de besnijdenis door Mozes, aan de Israelliten voorgeschreven ook met terzijdestelling van deszelfs godsdienstig oogmerk gadeslaat, zal men vast ontwaren, dat dezelve voor het Joodsche volk veele en verscheidene nuttigheden had. Welke waren die nuttigheden? Waren ze van dien aard, of zijn er onder dezelven de zoo- danigen, in welken het te wenschen zouden zijn, dat men de christenen kon doen deelen. Zoo ja, welk is het geschiktste middel om de christenen daarvan deelachtig te maken, zonder hen aan de besnijdenis te onderwerpen? Indiener J.G. Lafont (inv.nr. 98, nr. 172). Conceptprijsvraag 227 Daar de jongste overwinning op één der Africaansche staten, aan de Middellandsche zee zeer natuurlijk de aandacht moet terugleiden op de grote gebeurtenissen kort voor en sedert de christelijke jaartelling in die oorden en verder in het noorden en noordwesten van Africa voorgevallen, wordt gevraagd: le- Een geschiedkundig overzicht over den staat, regering, zeden en godsdienst, dier landschappen zedert den val van Carthago tot den aanvang van het vandalisch rijk. 2e- Een gelijk geschied kundig overzicht over den staat, regering, zeden en godsdienst dier landschappen zedert de aankomst der Vandalen tot de verovering des lands door de Arabieren, en de invoering van het Islamismus; beijden met aanwijzing der bronnen, waaruit de onderscheiden berichten ontleend zijn. Indiener N.C. Lambrechtsen (inv.nr. 98, nr. 174). Conceptprijsvraag 228 Welke is het beroep waarvan de Staat, de Maatschappij en hij die hetzelve uitoeffend de meeste voordeelen trekt, en hetwelk tevens het meeste medewerkt tot instand houding der goede zeden? Indiener J.G. Lafont (inv.nr. 98, nr. 177). Conceptprijsvraag 229 Welke zijn de geschiktste middelen om aan deze schandelijke handelwijze paal en perk te stellen; en op welke wijze moeten die middelen in werking gebragt worden, om aan den eenen kant den regtschapenen handeleer te veel aan banden te leggen, of in zijnen handel te hinderen? Zou het Genootschap niet het waardigste gebruik maken van het geschenk haar 's konings door een klein gedeelte van hetzelve tot het voorschreven doel af te zonderen? Maar zegge niet, wat zal het baten, want deze oude tegenwerping baat zeker niets! A hadt het uitschrijven dezer vraag geen ander gevolg, dan dat eene 'bekwame' pen de manoeuvres, die ook hier in ons vaderland bewerkstelligd worden, ontmaskert, ten einde de oogen van een ieder, die nog onge-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2002 | | pagina 220