226 PRIJSVRAGEN Conceptprijsvraag 257 Welk is het kenmerkend verschil der leerstelsels van Plato en Aristoteles? Moet men zulks daarin zoeken dat bij den eersten het gevoel, bij den tweeden het verstand het overwigt heeft? En zoo ja, welke uitwerking heeft zulks op die beide stelsels gehad? Indiener A.T. Beausar (inv.nr. 98, nr. 204). Conceptprijsvraag 258 Is de uitwerking, die de Duitsche letterkunde sedert den jare 1775 op de Neder- landsche gehad heeft, meer voor- of nadeelig geweest? Indiener A.T. de Beausar (inv.nr. 98, nr. 205). Conceptprijsvraag 259 Daar bij de ontdekking van diersoorten, welke eene vroegere, thans ondergegane wereld getuigen, volgens de beste natuuronderzoekers, geene menschelijke over blijfselen gevonden zijn, en dus voor de door sommigen gestelde hooge oudheid des menschdoms geene natuurkundige bewijzen schijnen te bestaan; zoo wordt gevraagd, of er ook onomstootelijke geschiedkundige gronden voorhanden zijn, die het aanzijn des menschdoms aanmerkelijk hooger zouden plaatsen als volgens het Mozaische verhaal schijnt te blijken? Indiener A.T. de Beausar (inv.nr. 98, nr. 206). Conceptprijsvraag 260 Daar volgens het gevoelen van sommige Duitsche en Engelsche natuurkundigen het magnetismus invloed heeft op de kristallisatie van verschillende zouten, doch in hunne opgaven hieromtrent geene genoegzame overeenstemming heerscht, zoo verlangt men door beslissende proefnemingen waarbij men verschillende oplossingen onder den invloed van krachtige natuurlijke of kunst magneten laat kristalliseren en dezelve vergelijkt met kristallisatien dier zelfde oplossingen buiten hunne werkkring geschied, deze daadzaak bevestigd of wederlegd te zien, en in het eerste geval verlangt men eene naauwkeurige opgave of deze invloed zich alleen daartoe bepaalt dat zij den voortgang der kristalvorming bevordert of verstoord, dan wel of de vorm en rangschikking der kristallen zelve er door gewijzigd worden. Voorts word gevraagd of deze verschijnselen iets zouden bewijzen voor het oude gevoelen van uitstroming eener magnetische vloeistof van den eenen pool in de anderen, dan wel of zij met de nieuwere magnetische theorien en vooral ook met die van Ampere overeen kun nen gebragt worden. Indiener A. van Beek (inv.nr. 98, nr. 207). Conceptprijsvraag 261 Daar de ontdekking der alkaliën in de planten veel licht heeft verspreid over de vege- tale scheikunde, zoo word gevraagd; Welke vegetale alkaliën zijn er reeds ontdekt en in hoeverre kan men het bestaan van dezelve aannemen? Welken invloed hebben deze ontdekkingen gehad op de scheikunde en welke voordeelen heeft zij er verder van te verwachten? De maatschappij verlangt den vraag op grond van eigen naauwkeurige en in al deszelfs bijzonderheden opgegeven proeven beantwoord te zien. Indiener A. van Beek (inv.nr. 98, nr. 208).

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2002 | | pagina 228