DAVID HENRI GALLANDAT
149
450
laat vermengen (i). De boots-gasten moe
ten ook wanneer zy de watervaten naar
de boot voerenzorge dragen dat dezelve
wel gedopt en digt zynop dat 'er geen
zout water in komewant men is dikwils
genoodzaakt uit hoofde van de zware
llrand-brandingde watervaten in zee te
werpen om dezelve in de boot te kunnen
krygen.
Het ware te wenfchen dat men al het
drinkwater konde laten kookenwaar door
alle de infeftendie 'er in zynzouden ko
men te derven en naar den grond zinken
doch dit is aan boord van een üavenfchip
niet wel doenelykmen heeft dikwils moey-
te genoeg om het zelve alleenlyk voor de
zieken gekookt te krygen.
De verrotting van het water kan men
voorkomen, met 'er een weinig in te gieten
van den eenen of anderen zuuren geest
gelyk eenige droppen olie van vitriool,
geest van vitriool, olie van zwavel; drie
droppen olie van zwavel op een pint wa
ter is volgens den Heer Hales genoegen
het wordt 'er niet alleen niet ongezonder
doormaar veel eer, ten minden voor fom-
migenheilzaamer en fmaakelykerdoch
het zoude niet raadzaam zyn zoo veel van
de-
(i) Oleum Tartars per Jeliquiumin onzuiver water ge
daan, verft het zelve met een melkachtige couleur.