172 JAARVERSLAGEN 2004 Natuurhistorische voorwerpenOnderafdeling mineralen en gesteenten De conservator E.C. Westland bericht als volgt: In april werd de bestaande collectie uitgebreid met de omvangrijke verzameling mineralen van wijlen de heer De Visser uit Oostkapelle. De verzameling telt ruim 1200 stukken en is uitstekend gedocumenteerd. De heer de Visser verzamelde zonder specialisatie maar wel met een zeer goede neus voor kwaliteit en schoon heid. Veel van de stukken zijn zeldzaam of niet meer te verkrijgen. Aankoop van deze unieke collectie is een complement voor de bestaande collectie en zet de oude collectie als het ware in de schijnwerpers. Met hulp van vrijwilligers is de verzameling verhuisd naar het Zeeuws Museum, en daar schoongemaakt voor plaatsing in het depot. Na digitale verwerking van de gegevens (en daarmee een uitdraai van etiketten), naar verwachting medio 2005 gereed, kan de verzameling haar definitieve plaats in het depot vinden. De Hogeschool Zeeland en het Zeeuws Biologisch Museum hebben laten weten dat ze in de toekomst graag gebruik willen maken van deze collectie voor bijvoorbeeld tentoonstellingen. Voor het aanwijzen van de achttiende-eeuwse collectie, in verband met de WBC, leek de lijst Lafont een uitkomst. Er worden tientallen mineralen en gesteenten in vermeld die voor 1810 in de genootschapsverzameling zijn opgenomen. Helaas noemen Fokker Seelheim in de door hen gemaakte "Naamlijst der Mineraliën" (1869) geen datum van verwerving of naam van de schenker. Deze 'missing link' zorgde voor veel speurwerk. Fokker Seelheim hernoemen ook veel stukken, naar nieuwe wetenschappelijke inzichten. Zo zijn de 'gouden kiezen van Lafont het goudkleurig mineraal pyriet. (Een kies is een kleine steen). Een verzameling don derstenen, waarvan men dacht dat ze in de grond ontstonden door inslag van de bliksem, wordt gedetermineerd als de algemeen in Europa voorkomende pijlvor mige fossiele belemnieten. Uiteindelijk is van een zestal mineralen het bewijs gevonden dat ze voor 1810 verzameld zijn; aangenomen mag worden dat de ove rige door Lafont genoemde stukken ook aanwezig zijn in het depot. Natuurhistorische voorwerpen: Onderafdeling Mollusken De conservator F.A.D. van Nieulande bericht als volgt: Een belangrijke aanwinst voor het genootschap waren de schenkingen van twee collecties. De eerste een schenking van de weduwe van het voormalige genootschapslid Guus Husson uit Goes, al in 1980 overleden. Hij was ook lid van de werkgroep Geologie en vlak voor zijn overlijden nog actief meewerkend aan het conserveren en impreg neren van de collectie fossiele zoogdierbotten, wat we destijds uitvoerden in de ruimte aan de Balans, achter het toenmalige Archeologische depot. Er zijn ruim 250 eenheden aan de collectie toegevoegd. De tweede schenking was uit de nalatenschap van Hans Warren die zijn liefde voor de natuur ontwikkelde aan het Kalootstrand bij Borsele. Zijn geheime dagboek "Ik ging naar de Noordnol" verhaalt over zijn ervaringen aan dit unieke Westerscheldestrand. Ook dit jaar werd weer de bottenvistocht georganiseerd in de Put van Terneuzen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2005 | | pagina 174