ZEEUWSE PREDIKANTEN 87 Gods vloek liggen. Zijn goddelijke straf-op-de-zonde-ethiek lege Udemans op alle naties zonder onderscheid. Blijkens het lot van Israël ontkomt geen heiden- of christenvolk aan Gods toorn, dus moeten de rijke christenen oppassen voor hun ondergang, want God gaf ook Israël aan fysieke slavernij over. Slavernij ziet hij als een bestaand verschijnsel dat zonder onderscheid elk volk bedreigt en door de zonde niet valt weg te redeneren.36 De bevindelijke Gargon legde zich later in 1713 in veel positiever bewoordingen neer bij verschillen tussen mensen en volken, bij de sociale status quo van rangen en standen, rijkdom en armoedeverdeling. Over vluchten sprak hij niet. Gargon somt in 1713 geen catalogus van 'grouzame' zonden op, al fulmineert hij tegen de geldzucht van kooplieden, zonder concrete voorbeelden te noemen. Wel valt tus sen de regels doorzijn afschuw van op geld beluste en met bloed besmeurde koop liedenhanden uit zijn catechismusverklaring al te lezen. Dit misschien vanwege zijn Coccejaanse inslag.37 Van deze bevindelijke predikheer kon in ieder geval geen reformatorisch actieprogram worden verwacht. Tot een politiek-sociaal actieprogram kwam echter ook Udemans niet, hoezeer hij met zijn pen de morele meningsvorming met betrekking tot de acceptatie van sla vernij en slavenhandel ook in een neerwaartse spiraal trachtte te duwen, en wel zodanig dat vrijheid, liefst ook geestelijke vrijheid, door zoveel mogelijk mensen zou worden gedeeld onder invloed van het christelijke geloof. De vroegere mos limsamenleving van rond 750 zag hij in dit opzicht model staan: daar werden geloofsgenoten per definitie vrijgelaten. Zijn stelregel werd daarom: zodra iemand christen werd, moest vrijlating volgen. Want vrijheid in Christus vormde voor hem het summum van geluk. Dit behoorde zoveel mogelijk gepaard te gaan met fysieke vrijheid. Deze beide: fysieke en geestelijke vrijheid werden later door Capitein ontkoppeld. Ook werden er tussen 1664 en 1706 in New York en New Jersey 'declarations' uitgegeven die het mogelijk maakten dat christenen werden gehouden als slaven. En in 1727 verklaarde de bisschop van Londen dat bekering tot het christelijke geloof voortaan niet meer met zich meebracht een "Alteration in Civil Property' omdat 'Freedom which Christianity gives is a Freedom from the bondage of Sin and Satan'; het kon geen statusverandering meebrengen as to their outward condition, (slaves) remained as before after baptism'.38 We gaan hier voor bij aan de relatie van Udemans met het puritanisme, maar gesteld kan worden dat een ontkoppeling van geestelijke en fysieke vrijheid in anglicaanse kring werd bepleit en aan Udemans vreemd was, eerder tegengesteld aan zijn intentie.39 Protest Verbaal protest vloeide uit de pen van de Vlissingse dominee De Raad. Ook hij schreef voor mensen buiten de academie. Op grond van zijn wereldse tweedeling hekelde hij christenen die slaven aan rooms-katholieken verkochten. Het stond gelijk aan uitlevering aan het rijk van de antichrist. Het ging hem om zowel vij andige sentimenten als het heil van Africano's of de evangelieverbreiding. Zo ble ven zijn toehoorders waarschijnlijk aan te spreken: wie was er immers ook na 1648 niet antipaaps? Op die manier kon hij deze handel van Vlissingers treffen. In zijn argumenten Hinken de bezwaren van zijn tegenstanders door. Maar langs een anti-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2005 | | pagina 89