ZEEUWS HISTORISCH ONDERZOEK
hiervoor het vaakst opgevraagd, maar ook in de Veerse collectie, de Admiraliteits
archieven en in de rijke verzameling van Zeeuwse gravures vonden de Gentse
onderzoekers heel wat data voor het stofferen van hun scripties. De waaier van
geanalyseerde onderwerpen was zeer divers en niet beperkt tot louter maritieme
thema's. Geografisch waren de topics gespreid van pool tot evenaar; zo werd een
gedetailleerde analyse gemaakt van de voorbereiding van een Zeeuwse expeditie
naar het Noorden in de late zestiende eeuw om een nieuwe zeeweg naar Oost-
Indië te traceren, of nam men de Middelburgse ontdekkingsreizen in de Stille
Zuidzee tijdens de achttiende eeuw onder de loep.4 Ook de vroege Zeeuwse kolo
niale avonturen in Suriname ontsnapten niet aan de aandacht.5 Sociale en mari
tieme aspecten van de achttiende-eeuwse slaventrafiek bleven de studenten fasci
neren.6 Niettemin behandelde het leeuwendeel van de verhandelingen onder
zoeksvragen met betrekking tot de internationale handel, de lokale maritieme
infrastructuur en het turbulente oorlogsgebeuren die de geschiedenis en de ont
wikkeling van Zeeland domineerden gedurende de vroegmoderne periode.7 Dit
leverde wel enkele unieke en verrassende studies op, zoals over vergane koop
vaardijschepen langs de Zeeuwse kusten en de Scheldemonding gebaseerd op de
baljuwrekeningen, en een andere kijk op de Slag bij Nieuwpoort in 1600.®
De bijzonder hartelijke relaties met de Zeeuwse collega's zorgden ervoor dat in
augustus 2005 het Zeeuws Archief en het Zeeuws Maritiem Muzeeum als gasthe
ren optraden voor het twaalfde congres van de Association for the History of the
Northern Seas (AHNS).9 Dit internationale evenement, met Europese en
Amerikaanse participanten, vormde het ideale forum voor enkele jonge Gentse
historici om voor het voetlicht te treden. De presentaties van Katrien De Vlees-
schauwer, Tom Vlaeminck en Arne Van Eessen - met een interessante bijdrage
over de Vlaamse en Zeeuwse kaapvaart tijdens de Negenjarige Oorlog etaleerden
daar het veelzijdige karakter van het Zeeuws-Gentse onderzoek.
Onder impuls van Roelof Koops ging in 2002 nog een bijkomende historische
samenwerking van start tussen het Zeeuws Archief en de Gentse universiteit.
Roelof zocht en vond in de UGent een grensoverschrijdende wetenschappelijke
partner voor het Interreg-project 'Uitgevaren voor de Kamer Zeeland', waarin de
personeelsadministratie van de VOC Kamer Zeeland uit de achttiende eeuw toe
gankelijk gemaakt zou worden via digitalisering van de scheepssoldijboeken en de
ontwikkeling van een gebruiksvriendelijke databank.10 De medewerking vanuit
Gent was verantwoord omdat uit vooronderzoek was gebleken dat een behoorlijk
contingent Zuid-Nederlanders tijdens de zeventiende en achttiende eeuw in
Middelburg aanmonsterde bij de Verenigde Oost-Indische Compagnie. Dit gege
ven vormde een uitgelezen kans om in het kader van het college 'Historische kri
tiek' zes laatstejaarsstudenten de Zuid-Nederlandse aanwezigheid aan boord van in
Zeeland uitgeruste Oost-Indiëvaarders gedurende de jaren 1700-1760 te laten
analyseren. Deze informatie zou vervolgens vergeleken worden met de Zeeuwen
die tijdens deze decennia in dienst traden bij de compagnie. Tom Vlaeminck, Arne
Van Eessen, Frederik Demeulenaere, Joke Verfaillie, Eva Kusters en Veerle Dela-
haye maakten een uitstekende kwantitatieve analyse van de Vlamingen versus de
Zeeuwen binnen het personeelsbestand van de VOC-opvarenden. In deze studie
schetsten zij een genuanceerde profilering van de modale zeeman en soldaat die
naar de Oost vertrokken tijdens de eerste helft van de achttiende eeuw. Bovendien