MIDDELBURGSE COMMERCIE COMPAGNIE
67
het moeilijk een beeld te krijgen van de loonevolutie voor deze functies, maar
zeker is dat zeelieden die taken combineerden, doorgaans meer verdienden dan
bemanningsleden die een enkele functie uitoefenden. Dit geldt zowel voor de eer
ste als voor de tweede helft van de achttiende eeuw.
De overige beroepsgroepen profiteerden dus van een duidelijke loonsverhoging.
Voor sommigen (bijvoorbeeld de koks) bedroeg deze slechts 5%, maar meestal
ging het om een stijging van minstens 15%, tot zelfs 45% (bijvoorbeeld voor
onder- en opperkuipers). Het gemiddelde maandloon van een gewone matroos
steeg na 1755 met circa 33%: van 12 naar 16 gulden. Net als in de eerste helft van
de achttiende eeuw konden zich schommelingen voordoen, die afhankelijk waren
van het aanbod op de arbeidsmarkt en de kwaliteit van de desbetreffende zeeman.
Ook hier was een stijgende tendens merkbaar. Terwijl een matroos bijvoorbeeld
vóór 1755 minimaal 9 en maximaal 20 gulden per maand verdiende, kreeg hij na
ongeveer 1760 minstens 14 gulden, en waren er reizen waarop zijn maandloon 22
tot zelfs 26 gulden bedroeg.
De MCC lijkt dus wel degelijk rekening te hebben gehouden met de stijging van
de prijzen na 1750, die een daling van de reële lonen betekende. De directeuren
van de compagnie hebben getracht dit te ondervangen met een verhoging van de
nominale lonen, waarbij ze zich uitsluitend richtten op het gewone scheepsvolk en
de specialisten onderofficieren.
Laat ons vervolgens de lonen die de MCC betaalde, vergelijken met de maandga-
ges bij de WIC, de VOC en de marine.62
Tabel 1. De maandlonen (in guldens) bij de MCC in vergelijkend perspectief.
WIC
MCC 1720-1755
MCC 1755-1800
VOC
marine
kapitein
55
60
60
70
28
opperstuurman
33
36
36
45
36
onderstuurman
27
30
30
33
30
derde waak
20
24
24
26
30
oppermeester
20/32
36
36
40
30
ondermeester
18
19
23
26
16
oppertimmerman
28/36
36
36
33
30
ondertimmerman
19
20
23
26
bootsman
18
22
25
20
22
bootsmansmaat
14
16
19
14
16
kok
16/18
22
23
20
20
koksmaat
14
14
14
14
14
(opper) kuiper
13/14
18
24
16
onderkuiper
12
14
20
11
bottelier
13/18
20
20
20
botteliersmaat
13
15
14
14
konstabel
17
20
20
20
konstabelsmaat
14
16
14
16
korporaal
16
20
14
zeilmaker
14
16
20
25
matroos
9
12
16
9
10-11
oploper
7-8
10
12
7-10
jongen
6
7-8
9
5
6-7