EQUIPAGEMEESTERS VAN DE ADMIRALITEIT
77
Afb.2. Gezicht op de rede van Veere, 1784. Gravure K.F. Bendorp. Zeeuws Archief, coll.
KZGW, Zelandia Illustrata 11-1007.
ervan grote nieuwbouwplannen in Veere te koesteren. Ook de lange vredesperio-
de speelde uiteraard een grote rol bij de lage activiteitsgraad op de Veerse
Admiral iteitswerf. Hoewel in 1733 het schip Goes nog te water werd gelaten, was
dit een van de laatste grote verwezenlijkingen van de werf. Het absolute diepte
punt was de periode 1773-1781, toen er geen enkel oorlogsschip in de haven van
Veere werd hersteld.9
De Vierde Engelse Zeeoorlog (1780-1784) zorgde nog voor een korte opleving,
maar was achteraf gezien niet meer dan een laatste stuiptrekking van de werf.
Plannen om de werf te sluiten waren reeds gangbaar, maar konden door het stads
bestuur steeds gepareerd worden met argumenten zoals de grote werkloosheid die
een gedwongen sluiting met zich zou meebrengen. Ook het eerdergenoemde
prestige en vooral de symbolische waarde die het sluiten van een van de oudste
admiraliteitswerven van de Republiek met zich meebracht, zal de Gecommitteerde
Raden zeer waarschijnlijk ook wel parten hebben gespeeld. Uiteindelijk viel,
samen met de Republiek, het doek over de Veerse Admiraliteitswerf in 1795.10
Vlissingen
Aanvankelijk behoorde Vlissingen tot een van de minder belangrijke steden van
Zeeland. Door de verzanding van de twee belangrijkste Zeeuwse havens in de
zestiende en zeventiende eeuw en de grotere populariteit van de Honte bij zee-