100 THEATRUM ANATOMICUM voor Leiden, Delft en Amsterdam? Kortom, hoe verliep in Middelburg de 'circula tion of knowledge and practices'? Bij de anatomische theatra nam Rupp twee aspecten onder de loep: het functione ren als een kenniscentrum avant la lettre en een mogelijk bredere culturele inbed ding en betekenis, onder meer tot uiting komend in de contacten met kunstenaars of dichters, dan wel de aanwezigheid van kunstwerken of breed geschakeerde bibliotheken. Allereerst het kennisaspect. Mag dit Zeeuwse anatomisch theater volgens Rupps criteria worden aangemerkt als een lokaal 'centrum van kennis en wetenschap'? Vast staat dat rond dit Middelburgse theatrum wetenschappelijke bij eenkomsten zijn georganiseerd. Maar is vanuit deze kring ook de beoefening van 'moderne' (medische) wetenschap gerecipieerd, dan wel gestimuleerd, onder meer kenbaar door publicaties? Dat laatste was inderdaad het geval. In Middelburg was met name aandacht voor de corebusiness: de chirurgie en de chirurgijnsopleiding. Zo gaf Ferdinand Gruiwardt, 'practizijn binnen Middelburgh in Zeelant', in 1659 niet alleen Cornelis van de Voordes Oratie uit, maar nauwelijks een jaar later verzorgde hij ook een geheel up- to-date gebrachte editie van het chirurgijnsleerboek Examen der Chyrurgie, welke editie hij opdroeg aan zijn schoonvader, de voormalige stadsarts Johannes Wilhelmi (1598-1661), toen de 'oudste praktizijn van Zeeland'.82 Een eerste versie van dit chirurgijnsleerboek was ooit geschreven door de in 1625 overleden Middelburgse chirurgijn Cornelis Herls. Vlak voor zijn dood had Herls zijn manuscript gegeven aan de Middelburgse boekdrukker Geeraert Moulert. Deze moet het omstreeks 1630 hebben uitgegeven. Een exemplaar van die eerste druk is echter niet meer te vinden.83 Het succes van Herls' Examen was echter bijzonder groot. Tot 1648 werden maar liefst vijf herdrukken uitgebracht, de laatste twee bij Amsterdamse uitgevers. Het was een praktisch leerboek voor aankomende chirurgijns, vooral voor toekomstige scheepschirurgijns van de Oost- of West-Indische Compagnie en van de admiraliteiten.84 In het boek werden ziekteverschijnselen in een zakelijke stijl beschreven, uitgaande van de 'galenische leer der lichaamsvochten'. In 1660 produceerde Gruiwardt een geheel herziene versie, waarin deze talrijke aanvullin gen had opgenomen, onder meer over 'den omloop des bloedts'. Gruiwardts editie van 1.000 exemplaren was dusdanig snel uitverkocht dat er al na drie jaar een herdruk nodig bleek, ditmaal met een oplage van 1.500 stuks. Datzelfde jaar werd in Amsterdam ook een (illegale?) nadruk gemaakt, 'na de copije van Middelburgh', naar verluid met een oplage van zelfs 3.000 exemplaren. Daarna volgden nog vijf edities, in respectievelijk 1672, 1680, 1700, 1703 en 1723.85 Maar aangezien Gruiwardt in 1666 wegens een toen al vijf jaar aanslepende familietwist naar Goes verhuisde, heeft hij daarna voor de Middelburgse anatomiekamer weinig meer kun nen betekenen. Andere betrokkenen bij dit anatomisch theater volgden echter zijn voorbeeld, waarvan sommigen met minstens zo veel succes. Lector Cornelis van de Voorde, bijvoorbeeld, publiceerde in 1664 een eigen chi rurgisch overzichtswerk, de Lichtende fakkel der cheirurgia ontstoken, ten profijte van alle die gene welke genegen zijn de heel-konst te leeren. Dit werk was met bijna 900 kwartopagina's dubbel zo dik als Gruiwardts bewerking in octavoformaat van het Examen der Chyrurgie. Het werd uitgebracht bij Francois Krook, dezelfde Mid delburgse uitgever die Gruiwardts bewerking van Herls' leerboek had uitgebracht. Van de Voordes boek was in hoofdzaak een weerslag van zijn lessen in de Middel-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2009 | | pagina 102