THEATRUM ANATOMICUM
107
De catalogus levert ook bijzonder interessante gegevens omtrent de samenstelling
van het contingent schenkers (tabel 2). Zo blijkt dat nog niet eens de helft van de
boeken geschonken is door mensen uit een medisch-farmaceutische beroepsgroep.
Een derde van de boekencollectie blijkt te zijn geschonken door leden van de ste
delijke magistraat, regenten van het Gasthuis, of door predikanten. Zelfs Johannes
Rapper, de koster van de Nieuwe Kerk (een man die bij de Illustre School als pedel
optrad) had twee boeken gedoneerd, waaronder een exemplaar van Vondels Poëzy
of Verscheide gedichten uit 1644.
Ook de samenstelling van de bibliotheek blijkt verrassend. Zo was slechts ruwweg
de helft van de boeken medisch-farmaceutisch van aard (tabel 3). Ongeveer een
achtste van het boekenbezit had een theologisch karakter en een vergelijkbaar deel
was gewijd aan natuurfilosofische of mathematische thema's. Voor de rest waren er
reisbeschrijvingen, atlassen, historieschriften en zelfs zuivere literaire boeken. Bij de
talen lag de nadruk op het Latijn: bijna twee derde van de boeken was in die taal
gesteld (tabel 4). De bibliotheek had daarmee duidelijk een 'geleerd' karakter.109
Tabel 4. Verdeling talen
Taal
Aantal boeken
percentage
Latijn
93
64%
Nederlands
45
31%
Frans
6
4%
Engels
2
1%
146
100%
De catalogus begon uiteraard met een exemplaar van de Bijbel, welk heilig geschrift
door het chirurgijnsgilde zelfwas aangeschaft. De 'magistraat der stad Middelburg'
had het boek van John Ray, Historia universalisplantarum uit 1650 gedoneerd, een
standaardwerk op het gebied van de taxonomie. Als boekhistorische hoogtepun
ten kunnen verder worden geïdentificeerd: een incunabel uit 1490 van de werken
van Galenus, het Zeekaartboek begrijpende de hele wereld van Govert Willemsz uit
1587'10 en de Atlas van Mercator en Hondius uit 1634. Onder de anatomische wer
ken waren uiteraard diverse standaardwerken aanwezig. Zo schonk Cornelis van de
Voorde de Opera Omnia van de Italiaanse anatoom Gabriel Falloppius, een man die
van 1551 tot 1562 had gedoceerd aan het archetype van alle anatomische theaters
te Padua. Van de 'moderne' natuurfilosoof René Descartes, met zijn revolutionaire
opvattingen over het functioneren van het menselijk lichaam, waren de verzamelde
werken geschonken door Nicolaas Coutrel (ook wel: Coutereels), 'Schout van de
Stads Ambachten', een vermoedelijke nazaat van de befaamde Middelburgse reken
meester Johan Coutereels (overleden circa 1640). Opmerkelijk is dat er vóór 1670
ook al een boek was geschonken, geschreven door de spraakmakende Haagse arts
Johannes Fredericus Helvetius.111 Zowel zijn zoon Philippus Maximiliaan Helve-
tius, als zijn kleinzoon Aarnoud Helvetius zouden later als lector de scepter zwaaien
over Middelburgse anatomiekamer (respectievelijk van 1696 tot 1702 en van 1716
tot 1741).112