THEATRUM ANATOMICUM
117
Bijlage 2
Leden van het Collegium Medicum Medioburgense, in volgorde van ondertekening van het
reglement
1. Anthony Everaerts (Middelburg, 1628 - Antwerpen, 1679)
Ouders jong overleden. Aangemeld bij weeskamer 1633. Leerling Latijnse School Middelburg
1640 (samen ingeschreven met broer Mattheus Everardus). Student te Groningen 1646. Dis
puteerde in de jaren 1647-1650 zesmaal te Groningen bij de hoogleraar Antonius Deusing.
Student te Leiden 1650. Promotie te Leiden 1652 op het proefschrift Disputatio medica inau-
guralis dephthisi. Omstreeks 1653 gehuwd met Elisabeth Veldtriel (overl. 1658). Werkzaam te
Middelburg ten minste vanaf 1654. Hertrouwd omstreeks 1660 met Josina Tresel (vermaand
door kerkenraad wegens dansen op de bruiloft). Dokter Waalse diaconie 1667. Oprichter en
preases Collegium Medicum 1668. Stadsdokter 1668-1673. Gasthuisdokter 1671-1679. Sche
pen 1672. Overdeken van het gilde der balanskinderen of waagwerkers 1674. Ouderling 1676.
Overleden tijdens veilingbezoek in Antwerpen. Woonde bij overlijden in de Latijnse School
straat. Liet uit beide huwelijken in totaal negen kinderen na, waarvan diverse jong gestorven.
Bijzonderheden: Geschat in het kohier van de 200ste penning uit 1672 op een vermogen van
circa 40.000 gulden. Broer Mattheus Everaerts was waardijn van de munt van Zeeland van
1669 tot 1674.
2. Florentius Michiels (ergens in Zeeland, 1615 - Middelburg, 1677)
Ouders onbekend. Student te Leiden 1638 (theologie). Nederlands-hervormd predikant te
Aardenburg, 1641-1646. Heringeschreven te Leiden (medicijnen) 1647. Promotie niet gevon
den. Ouderling 1662-1674. Assessor en medeoprichter collegium 1668. Stadsdokter Middel
burg 1668-1673. Begraven in de Koorkerk op 30 augustus 1677. Woonde bij overlijden aan
de Rouaansekaai.
Bijzonderheden: Vader van de arts Jacobus Michiels. Trachtte in 1664 te bemiddelden in de
hoogopgelopen vete tussen de arts Ferdinand Gruiwardt en diens schoonfamilie, de erven van
de stadsdokter Johannes Wilhelmi (1598-1661).
3. Cornells van de Voorde (Middelburg, 1628 - Middelburg, 1678)
Zoon van Balthasar van de Voorde (overl. 1633), muntmeester sedert 1612 en Clara de la
Palma Salvatersdochter. Student te Leiden 1653. Promotie 1655op het proefschrift De Syncope.
Scriba en medeoprichter van het Collegium Anatomico Chirurgicum 1658. Lector anatomie
(1658). Stadsdokter 1660. Gasthuisdokter 1666. Scriba en medeoprichter Collegium Medi
cum Medioburgense 1668. Examinator chirurgijns VOC 1670.
Bijzonderheden: Proefschrift opgedragen aan: Balthasar van de Voorde, JUD, advocaat; broer
Petrus van de Voorde (overl. 1658), muntmeester; Marcus van de Voorde, JUD, broer en advo
caat, en Jacob van de Meersche JUD, vriend.
4. Franciscus Baute [Beaute, Boute] (Middelburg, 1636 - Middelburg, 1689)
Jongste zoon van David Baute (Antwerpen, 1588 - Middelburg 1657), bewindhebber der
WIC, en Catalina Ingelvert (overl. 1648). Leerling Latijnse School Middelburg 1646. Student
te Utrecht 1653. Disputatie 1655: De alitura actionibus illi ministrantibuspromotie Utrecht