THEATRUM ANATOMICUM 131 43 In zijn publicaties verwijst Van de Voorde af en toe naar zijn ontleedkundige demon straties. Zo toonde hij op 20 januari 1660 in de Middelburgse snijkamer een long met vijf in plaats van vier 'lillen' (longkamers). Zie: C. van de Voorde en A. de Heyde, Nieuw lichtendefakkel der chirurgie ofhedendaagze heel-konst Nu in den laatsten druk met aanteekeningen voorzien door Anthonius de Heyde, Middelburg 1680, 151. 44 P. Eldering, 'Middelburgs biologisch onderzoek in de 17e eeuw', in: Zuidervaart, Worste lende Wetenschap, 87-102. Zie over Everaerts: Banga, Geschiedenis, 506-507. 45 A. Everardi, Novus et genuinus hominis brutique animalis exortus, Middelburg 1661. Voorwoord gedateerd 12 maart 1661. 46 A. Everardi, Antiqui morbi recrudescentis per suctricem inducti, cum Gallico vel Indico col- latio, Middelburg n.d. [circa 1656]. Dit boekje heeft Everaerts opgedragen aan zijn Mid delburgse collega, de in Franeker opgeleide arts Everardus van Hoorn (overl. circa 1665). Volgens Van der Aa zou deze tekst in 1661 in het Nederlands vertaald en uitgegeven zijn onder de titel Herwekte sooghster-siekte, Middelburg 1661, 12°. Een exemplaar daarvan is niet gevonden. Later werd de tekst door Stephan Blankaart ook afgedrukt in de bundel Venus belegert en ontsetoft, Verhandelinge van de pokken, druipers, chankers, klap-ooren, en des self toevallen. Met een grondige en zekere genesinge. Steunende meest op de gronden van Cartesius. Ofi, verhandelinge van de pokken, druipers, chankers, klap-ooren, en des selfs toe vallen, Amsterdam 1685; 16882 en 16963. Zie ook de Duitse vertaling: 'Die neuerweckte Sauger-Seuche in ihrer Vergleichung mit der Frantzosen- oder indianischen Kranckheit vorgestellt von Antonio Everaers', in: Die beldgert- und entsezte Venus. Das ist chirurgische Abhandlung der so genannten Frantzosen auch Spanischen Pocken drüppert sjankert klap-ohren&c, 1699, 476-544. 47 A. Everardi, Lux e tenebris affdsa, ex viscerum monstrosi partus enucleatione, Middelburg 1662; 16632. Het boekje werd in juli 1662 opgemerkt door de in Leiden verblijven de Deense anatoom Ole Borch. Zie: H.D. Schepelern (ed.), Olai Borrichii Itinerarium, 1660-1665. The journal of the Danish polyhistor Ole Borch, 4 vols., Copenhagen 1983, vol. 2, 175-176. 48 Vgl. L.J. Bol, 'Een Middelburgse Brueghelgroep, IX, Johannes Goedaert, schilder-ento moloog', Oud Holland!A (1959) 1-19; idem, 'Johannes Goedaert, schilder-entomoloog II', Tableau 7 (1985) 48-54. Grotendeels herdrukt in: Zeeuws Tijdschrift AG (1996) 2-12. Zie ook: E. Jorink, 'De logica van de luis. Johannes Goedaert (1617-1668) en Johannes Swammerdam (1637-1680)', Kunstschrift 52 (2008) 1, 10-17. 49 Everaerts zou zijn overleden tijdens een veiling van bloemstillevens in Antwerpen. Voor de Middelburgse school van schilders van bloemstillevens, zie: N. Bakker [e.a.], Masters of Middelburg. Exhibition in the honour of Laurens Bol, Amsterdam 1984. Voor Goed aert, zie hierin: 79-80; 186-191 en 258-259. 50 Voor Paulus Veesaerdt, zie: H.J. Zuidervaart, 'Het Natuurbeeld van Johannes de Mey (1617-1678), hoogleraar filosofie aan de Illustere School te Middelburg', Archief mede delingen van het Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen (2001) 1-40, i.h.b. noot 82. Voor Jacob Veesaart, zie: Fokker, 'Losse bladen'; lijst van Middelburgse chirur gijns. 51 C. van de Voorde, Chirurgijns Zee-compas verdeeld, in XVI streken, Middelburg 1679, 589; Banga, Geschiedenis, 507-509. 52 Tot 1940 werd in de Middelburgse oudheidkamer bewaard 'Twee houten lijsten, waar schijnlijk afkomstig van de anatomie- en Chirurgijnsgildekamer'. Op de lijst stond: 'Ao 1668 is deese erve bebout by 't Chirurg's gilde met kennisse van E. Regenten van 't Gast huis Jacobus Rheinhoutz, Pieter Jansen van Clover, Jan van Basselaar, Jan Blondel en Ontvanger Robbert Ervart op het verzoek van Jasper Braems, Cornelis Hendrix, Jan Verbrugge en Hendrik Snouk, gasthuys chirurgijns tot dienst van haar gilde.' Vol gens Fokker en De Man, De gestichten en openbare gebouwen van Middelburg, 19, stond in de naburige anatomiekamer een bord met daarop vermeld 'dat het gilde in 1668 had tot overdeken dhr. mr. Adrlanus Adr. Van Brunisse, pensionaris dezer stad en Cornelis

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2009 | | pagina 133