ZELFPORTRET 159 Breen nog steeds niet op bezoek gehad). Ik voor mij zie van dat heele zaakje niets uitgaan dan: wind. Intusschen verscheen de woordenlijst Dek in ons archief.63 Eerlijk gesproken: dat viel me niet mee. 'k Heb de moeite genomen woord voor woord na te gaan maar hoe veel woorden er in staan die niet specifiek Zeeuwsch zijn: da's bar. Eèn ding trof me (en mij niet alleen) de heer Dek, die ik nog ken van toen hij Normaalschoolleer ling bij me was, heeft alles gedaan om z'n Voorbeelden' kwasi erg grappig te maken. Erg naiëf is z'n opmerking over 'broodsuiker' op blz. 22 en bij 'legatte' kant (blz. 51) wist ie niet, dat die heet naar de fabrikant Langet.64 Maar dat vind ik het ergste niet. Mijn 'archief' nr. staat vol blauwe en zwarte opmerkingen, 'k Had er woorden in verwacht als sloef, schoefel, vermeuld, amberassen, bestoliengs, bommenet-Vunt, fleu- ken, smoeaer over aer, en zoo ga ik maar door.65 En Eigen Volk zal alzoo verschijnen! 'k Zond 'n schets voor het Februarinr.: Goesche Kermis met 2 foto's, 'k Ben benieuwd.66- Maar eer ik verder ga (want ik verwacht beslist antwoord op deze brief) een paar vragen: 1° wat zei Prof. de Vooys van: ie geeft er geen asem op (assum). 2° In de Keure van Zeelandt (ik bezit er 'n ex. van)67 staat in xxxv art. Item ende te dien eynde dat die voorseyde Edele en de Ambachts-heeren te gewilliger hen- luyden voegen souden in den dienst van wapenen van den Grave, so sullen van nu voortaen, als eenigh Ambachts-heer in oorlogen in s Graven dienst oft om syn querele doodt geslegen sal worden ...enz. (die onderstreepte uitdrukking is in mijn ex. ook onderstreeept en dat handje staat er ook bij). Wat beduidt dat? 68 3° xi artyckel. Item, dat alle besoute Landen sullen buyten desen kuere wesen als sy van outs geweest hebben, maar die schade diemen den Herder doet die in soute Landen liggen, dat salmen hem beteren, ix Schatten van den misdadigen Goede en den Grave oock ix Schatten. Wat beduidt dat: Schatten.69 4° xii Artyckel. Item dat waert by alsoo dat yemandt weder-seyde soeckinge binnen sijnen Huyse, uytter name van den Heere, van roove, van diefte diensten of van anderen quade saken, wort hy van drye des Graven mannen verwonnen, hy sal die diefte, roof oft andere quade feyte Vierschatte gelden, ende soo wat quade den Soec- ker daer af geschiede, oft den ghenen die met hem komen, dat salmen Vierschatte gelden, ende den Graven lx Pont over een diefte. Die woorden vierschatte?70 5°. xiv Artyckel Item, dat so wie eenigh Steen-huys, oft eenigh ander Huysinge met yemandt gemeyn heeft, ende sy niet ghewilligh en sijn dat Steen huys oft Huysinghe t' samen te bewaren, oft te verheuren, noch in rake ende in dake te houden71 Die uitdrukking kwam ik meer (elders) tegen. De beteekenis vat ik, maar ik zou er wat meer van willen weten. En zoo heb ik telkens het gemis te voelen van een Middelned. woordenboek. Zou zoo'n ding duur zijn. Komt U er nooit eens eentje tegen voor 'n prikje? 'k Heb nu wèèrwat in m'n hoofd: Zeeuwsche familienamen. Echt Zeeuwsche (v/d Schelde, Heule, Modderkreke, Klompe, Pompoene, Meulmeester) en geïmporteer de (Hoffius, Filius, Priemus, Stamperius, Foudraine, Ortelée, Lavèn, Fabery). Hebt u wel eens op Walcheren gehoord de fam. naam Mesu? Die schijnt van Mesiue

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2009 | | pagina 161