ZELFPORTRET 161 Of m'n Sinnespel in 't Archief '29 zal komen betwijfel ik. Mr. Meerkamp schreef me, dat er een paar artikelen waren gepresenteerd, die beslist in 't archief van 29 moesten. Dat was de eisch der auteurs!! Te vragen heb ik deze keer niets, 'k Zou nog wel veel te zeggen hebben, maar daar is 't eind van weg. M'n Vrouw laat U wel hartelijk groeten. Ik doe het ook en ben graag Uw Vriend Poldermans [29 maart 1929] Zeer geachte Vriend. Hierbij een stukje van de tekst, als door U bedoeld. Ge weet, dat U hierbij noteer de: goutedat woord is in geen der lexica vermeld, moet zoiets als liefje beteekenen.75 Mijn nieuwste handschrift is van 1709. Het andere is vrij wat ouder (het jaartal daarvan staat in m'n m.s. dat momenteel bij de Heer Meerkamp is.) Het stuk is zoo u weet van 'De Violieren' (Schutspatrones Sinte Barbara) te 's Gra venpolder. Nu zou ik zeggen: wees voorzichtig met de stelling: de Zeeuwen verwarren de H en G. Zeker, als ze 'Hollandsch' willen praten, maar anders u weet het - blijft de H totaal achterwege (in 't dialect dus), 'k zou geen echt Zeeuwsch woord weten, waarin de H (al of niet verkeerd) wordt uitgesproken (aene, uus, aemer eine -Endrik) Maar zooals ik zeg: begeven m'n landslui zich op Hollandsch ijs, dan zijn ze verloren. Zoo herinner ik me dat in m'n jongensjaren bij ons op Ellemeet (Schouwen) de Rederijkerskamer 'Hooger zij ons Doel' een opvoering gaf ('n Soeree zooals ze deftig zeiden). Goed, m'n zwager zaliger speelde daarin mee en nog hoor ik hem telkens zeggen: de geele stad (die woorden kwamen er vaak in voor), 't Maakte zoo'n indruk op m'n toch ook Zeeuwsche oor, dat ik er zelfs in m'n onnoozelheid bij aan de kleur geel dacht. Nog wat anders: Bij onze kennissen kwam 'n Schouwsche dame van Haamstee en die 'k weet 't nog zoo levendig meesmuilde er zoo'n beetje over, dat de Zeeuwen toch zoo over hoop lagen, als ze Hollandsch wilden spreken met de hé tn degalll Dat typeert. Of het dus ook Schouwsch is! En nu de verklaring. Die is m.i. niets anders dan lamlendigheid of liever: lam-lippigheid. Zoo merk ik vaak, dat er velen zijn die lezen: het keuken (kuiken) liep om 't heus (huis). Een ui toch eischt meer moeite dan een eu. Probeer maar. En die eu-ui verwisseling lijkt me meer en meer veld te winnen. Ook bij de kinders. Zóó dat Keesje Verboom in de 7e klas vlotweg schrijft 'n bloed-nuis. Nee, in m'n 'Spel van de Stathouwer' zie ik geen verwarring met g en h. Wel 'n enkele maal de overdaad, dat er een h voor 'n klinker komt, die er niet hoort, 'k Zal maar zeggen om 'n voorbeeld te geven: ^aambeeld.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2009 | | pagina 163