Praktisch socialisme
49
In de jaren rond de vorige eeuwwisseling en even daarvoor, dus de jaren 1890, was
het liberalisme de overheersende politieke richting voor dat deel van de bevolking
dat niet orthodox-protestants of rooms-katholiek was. Floor Wibaut, katholiek
opgevoed maar niet langer gelovig, verkeerde in het handelsmilieu en als lid van de
plaatselijke elite in Middelburg voortdurend in liberale kringen. Om die periode
te begrijpen, is het nodig om er bij stil te staan dat het liberalisme in de jaren 1890
sterk verdeeld was. Aan de ene kant was er het traditionele liberalisme, conser
vatief, tegen kiesrechtuitbreiding en tegen staatsingrijpen in het economische en
sociale leven. Die richting vertegenwoordigde bijvoorbeeld de Vlissingsche Courant
het toonaangevende orgaan in Wlbauts geboortestad en vermoedelijk spreekbuis
van het grootste deel van de Vlissingse elite. Toen Wibaut in 1892, nog lang geen
SDAP-lid maar al wel geneigd tot het socialisme, in het Sociaal Weekblad zich sterk
had gemaakt voor verstrekking van voedsel van gemeentewege aan schoolkinderen
die thuis niet genoeg te eten kregen, reageerde de Vlissingsche Courant dan ook
vernietigend. 'Leven op andermans kosten', en: 'Waar niets ingebracht wordt, hoeft
men niets te eischen.' De armere bevolking betaalde immers geen gemeentebelas
ting en hoefde daarvan ook niet te profiteren. Ieder voor zich en dat was dat.
De familie van Wibaut in Vlissingen behoorde echter niet tot deze traditionele
liberale stroming. Misschien wel formeel, want hoewel de Wibauts degelijk katho
liek waren, waren Wibauts vader en later in diens plaats broer Frans Wibaut, op
persoonlijke rirel in de Vlissingse raad gekozen en niet per se als vertegenwoordigers
van de katholieke bevolking. De Wibauts pasten helemaal in het burgerlijke milieu
van de andere leden van de Vlissingse gemeenteraad: handelslui, betere midden
standers, fabrikanten, notarissen.
Maar zowel vader Florentinus als broer Frans Wibaut hadden sociaal gevoel. Ze
deden, evenals hun echtgenotes, aan liefdadigheid en in de raad pleitten zij met
enige regelmaat voor een juiste behandeling van aannemers van gemeentewerken
en daarbij betrokken arbeiders. In de strenge winter van 1892 op '93 was Frans
Wibaut het enige raadslid dat ervan overtuigd was dat de klachten over armoede
terecht waren, en wist hij een begin van werkverschaffing van de grond te krijgen.
In 1899 wist Frans in de Vlissingse Kamer van Koophandel een meerderheid te
krijgen voor het oprichten van Kamers van Arbeid voor de bouw en de metaalnij
verheid. Een van de kantoorbediendes van de firma Wibaut was voorzitter van de
Vlissingse afdeling van de Nationale Bond van Handels- en Kantoorbedienden, een
vakorganisatie.
Floor Wibaut had zijn sociale inslag dus van huis uit meegekregen. Maar het soci
alisme had hij zich eigen gemaakt door middel van lectuur, dus via de theoretische
weg. Dat had hij gemeen met een aantal andere socialisten die later voor een deel in
de Communistische Partij Holland terechtkwamen en voor een deel, net als hij, in
de SDAP. Maar binnen die groep bleef Wibaut toch altijd wat aan de rand, hij had
namelijk altijd veel feeling met de andere kant van het socialisme, degenen die uit
arbeidersmilieus kwamen en vooral vochten voor betere levensomstandigheden.