de laatste hoek, de poort doemt op
twee aan twee alleen schoorvoet ik
met de massa mee naar binnen
de kille lokalen in
één voor één nemen we plaats
de ramen bieden uitzicht
in mezelf gekeerd vergeet ik
de komst van de lesgever
een stok schampt op de bank
den dikke Jules is binnen
ik schrik op, gebogen hoofd
staan zoals het hoort
de taal die hetzelfde is
had kunnen zijn en
ook weer niet, verstomt
we pakken onze pennen
in het jaar achttiendertig
onderstreept met rood
hebben wij, met groen
de Hollander verslagen
neemt nu zwart
onze are de triomf is
pakt nu blauw, het teken
van deze overwinning
rood
grenzeloos vertrouwen
ebt
weg
bij zoveel kleur