En bak jij al Erasmuspuntjes en Erasmusvlaai? Is dat jouw stad? Zouden we hier moeten sterven? Zeg eens eerlijk Jan (tegen mij): Wat is Erasmus? Nou? Nee dus. Vraag het morgen ieder een die je tegenkomt: dat was een geleerde, zullen ze sputteren. Verder komen ze niet. Erasmus is een profiel. Erasmus is een flaphoed op een sterke neus, een medaillon. Shit. Hij was er al weg toen-ie nog niet van de tiet af was. Ik heb daar jaren op gestudeerd. Ik dacht dat ik wijzer zou worden, voor de aanstel ling, als ik Erasmus in m'n vingers had. Mooi niet dus. Lof der Zotheid aan me reet - die man was bloedserieus - honderd pro cent van de god bestorven - Desiderius - alles voor de godheid en z'n ego - net als die Multatuli, ook al zo'n naam - maar vooral: in het midden. Niet links of rechts of nihil, nee, overal tussenin. Met de wind mee. Weerhaan Erasmus. En alles in Neolatijn, zodat alleen z'n rotaryvriendjes het konden gniffe len. Dat is Rotterdam. De Eurasmezone. Piet had helemaal gelijk. Zelf had ik het ook wel eens gepro beerd, met Erasmus, maar het was nooit wat geworden. Ik ben meer Ketelbinkie en Deelder. Het rochelt hier containers en overslag, projectontwikkelaars, patjepeeërs, Ahoy! zei Piet. Het stinkt. Het is een hond die stront vreet en plastic schijt. Erasmus was de kwezel die Hille- gonda verlinkte (hoog stemmetje van Piet hier: "een grote vrouw die illegaal...") en de dam in de Rotte geen mening gaf. Eurasme. Bahhh. Toen kroop hij in die taxi, centraal station.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2009 | | pagina 6