GEREED UITVOERING VOORBEREIDING PLAN Fig. 1. Stand van zaken met be trekking tot de partiële dijkver sterking Ir het eerste deel van vak A zal van de Yerseke- d im af de verzwaring naar buiten worden ge- rr aakt, vanwege de woonbebouwing aan de bin nenzijde. Na de Varkensdijkzal de verzwaring a n de landzijde van de dijk worden gemaakt. V tor het tweede deel, vanaf de Kijkuit tot de vis- st rshaven zijn drie varianten gepresenteerd; a ereerst een normale binnendijkse verzwaring ir grond. De consequentie van dit plan is dat bij d aansluiting van de vissershaven een garage- fa drijf en enkele woningen weg zouden moe- te n, of het mosselbedrijf aan de buitenkant van d dijk. Dit laatste stukje verzwaring naar buiten z< u pas kunnen worden uitgevoerd als het mos- sr bed rijf naar een nieuw industrieterrein is ver- p tatst. Daarnaast is overwogen van dijkver- zv 'aring in grond af te zien. Waterspanningsme- ti gen hebben namelijk aangetoond, dat de dijk h ir een waterdichte bekledingslaag heeft aan d: buitenkant. Bij de aangenomen stilwater- st ind van N.A.P. 5,05 m is deze dijk dan ook ei enlijk stabiel. Dit geeft de mogelijkheid om O: kleinere schaal werken uit te voeren om de di k op de vereiste hoogte te krijgen. Hierbij kan men denken aan kistdammen, grote betonnen bi jembakken zonder bodem, gevuld met klei- g and. Het binnentalud zou wegens het over- sj attende water mogelijk van een steenbekle- d ig moeten worden voorzien. Man kan ook denken aan een steiler opgezet b itentalud. De golfoploophoogte boven N.A.P. w jrdt daarmee ook hoger. De kleikap die op de d k zou komen heeft dan nog een te grote om- v. ng om de drie mosselbedrijven te kunnen h ndhaven. De verbreding van de dijkvoet zou b hellingen van 1 2 toch nog 4 m terrein aan d buitenzijde vereisen. Een verschuiving naar b inen is praktisch uitgesloten. T nslotte: Aangezien de dijk stabiel is bij een stilwaterstand op N.A.P. 5,05 m, kan de dijk verhoging achterwege blijven als de golfoploop wordt weggenomen. Om dit te bereiken is een golfdam met een lengte van 400 m voldoende. Zo'n golfdam kan zelfs verder worden uitge bouwd tot een haven. In overleg met de ge meente zijn plannen voor een havenaanleg ont wikkeld. De gemeente kan op deze manier com pensatie vinden voorde verloren gegane lig plaatsen in vak B, voor het dempen van de ha ven te Krabbendijke, en voor de verplaatsing van bedrijven in vak A op haar kosten. De Stuurgroep heeft voor dit laatste plan geko zen, vanwege de bijkomende mogelijkheden tot compensatie. Voor een groot deel zullen deze plannen in het bestek voor de dijkversterking worden opgenomen. Uit het verrichte grondonderzoek voor vak B blijkt, dat ook de waterkering langs de Vissers haven voldoende stabiel is. Daar bij dit dijkvak geen golfoverslag wordt verwacht, door de be schutte ligging, behoeft het tracé geen herprofi lering. Voor het deel langs de Jachthaven zijn twee va rianten uitgewerkt, en wel als eerste een dam- wandconstructie in de buitenkruin van de dijk, in plaats van de nu aanwezige gescheurde muur. Deze damwand met de benodigde anker- wand moet om technische redenen van een zware constructie zijn om de vereiste stabiliteit te garanderen. Het binnenbeloop zal van een steenbekleding moeten worden voorzien, daar een grasmat in dit profiel moeilijk te onderhou den is. De andere mogelijkheid is een buiten dijkse verzwaring in grond. Dit kan, als de on dernemers van de aanwezige bedrijven - een machinefabriek, een winkel in scheepsbeno- digdheden en het mosselkantoor- bereid zijn mee te werken om zich op een andere plaats te 417

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1979 | | pagina 35