de verhouding tussen korrel- en waterspanning ontstaan. Het verschil in waterspanning, dat ook cyclisch varieert, levert een verhang op, waar door het water met een bepaalde snelheid gaat afstromen. Dit verhang dient bekend te zijn, om dat de korrelsamenstelling van de filterlagen hiertegen bestand moet zijn. Bovengenoemde overwegingen, die enerzijds de deformaties en anderzijds de verhangen betreffen, maakten het noodzakelijk meer betrouwbare informatie te verkrijgen aan de hand van grootschalige mo- delproeven, om het gedrag van de stormvloed kering beterte kunnen voorspellen. Dit voorspellen gebeurt in de eerste plaats direct doordat men de schaalproefresultaten met behulp van schaalregels vertaalt naar de werkelijkheid. In detweede plaats bieden de proefmodellen, mits voldoende geïnstrumen teerd, gelegenheid de gehanteerde rekenmo dellente toetsen en te verbeteren. Hiermee wordt indirect een betere voorspellings methodiek verkregen. Om praktische redenen, die verband houden met beschikbare faciliteiten, mankracht, kosten en planning, is evenals bij de puttenfundering, gekozen voor een modelproef op schaal 1:10. Te Kats, Noord-Beveland, zijn hiertoe in een grote betonnen bak van 10 m breed, 25 m lang en 4,5 m hoog 1:10- modellen van de pijler be proefd. Hetenewaseen pijlermodel meteen voetplaat van 2,5 x 6,0 m - proef M1 - terwijl de ander een voetplaat had van 2,5 x 5,0 m - proef M2. De afmetingen van de bak waren vol doende groot om ongewenste beïnvloeding van de deformaties van het model te voorkomen. De ondergrond werd in de bak nagebootst door het storten van Oosterscheldezand, dat vervolgens werd verdicht, gedeeltelijk met een trilplaat, ge deeltelijk met trilnaalden. De pleistocene en holocene dichtheid van het zand in de werkelij ke Oosterschelde kon hiermee redelijk goed worden gereproduceerd. Speciale zorg is be steed aan de opbouw van het zandbed; getracht werd zo weinig mogelijk lucht tussen de korrels in te sluiten. De ingesloten luchthoeveelheid be paalt namelijk mede de verhouding tussen wa ter- en korrelspanningen in de ondergrond. Ook het grovere materiaal voor de drempel en het funderingsbed is op verkleinde schaal laagsge wijze in de proefopstelling aangebracht. De proef is zodanig uitgevoerd dat de invloed van de naast gelegen pijlers op het gedrag van de te onderzoeken pijler goed tot uitdrukking kwam. Hiertoe werden precies midden tussen twee pij lers twee verticale symmetriewanden geplaatst. Het schaalmodel werd belast door middel van een hydraulische vijzel, gestuurd dooreen voor af geprogrammeerde functiegenerator, waar- Fig. 4. De invloed van de oppervlakte van de pijlervoetbodem op de rotatie van de pijler Fig. 5. Gemeten waterspanningen in de ondergrond van het model tijdens de simulatie van een supergolf De opbouw van de proefopstelling te Kats. Het onderste deel van de pijler is al ingebouwd in de drempel

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1979 | | pagina 18