ENKELE WATERSTAATKUNDIGE BIJZONDERHEDEN OVER NOORD BEVELAND door ing. M.H.Wilderom "Toen Beveland verzonk", dat is de titel van een prachtig historisch openluchtspel van Louis Lockefeer, in 1948 opgevoerd in het toen nog prachtige uit 1775 daterende landgoed Sorgwijck, gelegen bij Wissen- kerke aan de oostzijde van de Kamperlandpolder. (Zou het stuk nog eens ten tonele gebracht kunnen worden De spelers vertolkten toen op aangrijpende wijze de strijd, die door de Noord-Bevelanders eeuwen lang was gevoerd tegen een reeks van merkwaardige en tragische over stromingen, die het eiland Noord-Beveland (en vele andere gebieden in de Rijn-Maas-Scheldedelta) hadden geteisterd. Omstreeks 1300 was men reeds bevreesd voor een ramp. Daarom ver lieten de bewoners van het toenmalige nonnenklooster (van de Cisterci- ënser orde) gelegen bij Emelisse, destijds een Noordbevelands kerk dorp, in die tijd het eiland om zich te vestigen in het klooster Waterlooswerve bij Aagtekerke op Walcheren. Maar het duurde nog een paar eeuwen eer de St. Felixvloed van zaterdag 5 november 1530 - St. Felix quade Saterdach - de genadeslag bracht. De storm met orkaan kracht, komende uit het noordwesten, zweepte op die zaterdag de golven hoog op. Ongeveer twee uur voor het tijdstip van hoog water werd de ringdijk reeds overspoeld en stroomde het water in de straten van Kort- gene, zo rapporteerde Jan Janssen Reijgersberch van Kortgene, die het ter plaatse met eigen ogen had gezien en in zijn kroniek heeft beschre ven. Ten westen van Kortgene brak de dijk bij de sluis van Ter Loe door; de zondag daarop volgde een doorbraak bij de Boomvlietse sluis ten oosten van Kortgene. "Stallen en huizen spoelen weg, 't vee met de boeren. Herder en schapen saam en moeders met hun kroost" zo dichtte Janus Secundus (Johannes Everaerts). Het gehele eiland overstroomde, de ellende was met geen pen te beschrijven. Een dergelijke totale ramp was mogelijk, mede omdat het toenmalige Noord-Beveland, bestaande uit het Wester Derden deel en het Ooster Derden deel met daartussen het smalle Middel Derden deel, het geheel ook bekend als Noord-Beveland Bewesten en Noord-Beveland Beoosten Wijtvliet (zie fig. 1) slechts door één ringdijk als "eerste (en enigste) waterkering" - de waker - was beschermd. Binnendijken als tweede en derde waterkeringen - de slapers en de dromers - kende men in het Oude Noord-Beveland vrijwel niet. Men had de ramp blijkbaar voelen aankomen. In de jaren dertig van de I6e eeuw stond het eiland er waterstaatkundig al niet zo best voor. 100

Tijdschriftenbank Zeeland

Historisch Jaarboek Zuid- en Noord-Beveland | 1975 | | pagina 102