121 J tuigen beneden de 20 lasten en 20 cent per ton voor grotere vaartuigen; i. Eindelijk ook de opbrengsten van visserij, grasge was en beplantingen, zowel van aanwezige als die welke door de concessionaris mogen worden aan gebracht. Het- genot van die rechten zou aan vangen zodra de werken zover waren gevorderd dat ze aan de daartoe gestelde eisen zouden kunnen beantwoorden. Hoewel het niet in de concessie is vermeld waren die rechten geschat op een totaalbedrag van 174.000,—. vangen of de werken niet met die spoed en juistheid wierden voortgezet als door het departement van Wa terstaat wordt geoordeeld nodig te zijn om op de be paalde tijden voltooid te wezen, zal daarin al tijdig door gezegd departement ten koste van de achterlijk zijnde concessionaris worden voorzien, kunnende hier- ’in niet weerhouden het ontmoeten van tegenspoeden uit de aard der gronden als anderszins voortkomende, dewijl alle perijkel en risico is en blijft ten laste des aannemers gedurende de gehele tijd der concessie, alleen het geval van oorlog uitgezonderd, in hetwelk een verlenging zowel van de tijd der voltooiing als van de concessie zal worden toegestaan, gelijk staan de met de interruptie daardoor veroorzaakt, en de schaden welke aan de werken mochten zijn toege bracht; de deswegens als schadeloosstelling te ver lenen verlenging van concessie, zal desnoods door ar biters geregeld worden. Ziedaar, enige bepalingen die duidelijk doen zien dat voor het voldoen daaraan een concessionaris werd vereist, die over buitengewone organisatietalenten moest beschikken. Men zou er zelfs tegenwoordig, met de nu beschikbare moderne machines en hulpmidde len, nog wel ernstig over nadenken te eisen dat een zo veelzijdig en uitgebreid werk in slechts twee jaren, voor wat de hoofdzaak betreft, voltooid moet zijn. Men moet wel respect hebben voor degenen die het hebben aangedurfd op zulke voorwaarden in te gaan. Tegenover de verplichtingen van de concessionaris in de eerste vier artikelen beschreven, 'wordt in arti kel 5 bepaald, welke rechten en inkomsten de con- cissionaris zullen worden toegekend. In het kort be stonden die rechten in het volgende: a. Geschot van de landen die in de Axelse en Sasse gaten zullen worden ingedijkt, ieder jaar 60 cent per gemet; b. Afwateringsgelden der landen die tussen Gent en Temeuzen hun water op het kanaal zullen voeren, gerekend tegen 150000 gemeten jaarlijks 25 cent per gemet; c. Recht van heffing voor vaartuigen die het kanaal bevaren naar de maatstaf van 40 cent per ton voor de afstand Gent-Terneuzen of omgekeerd; d. Idem voor vaartuigen die in de haven van Temeu zen ten reede komen zonder te lossen of te laden, 3 cent per ton en langer dan 2 x 24 uur blijvende IVj cent per ton in het etmaal e. Idem voor vaartuigen die in de buitenhaven of het oude haventje van Temeuzen komen lossen of la den hetzelfde recht als voor het doorvaren der sluis te Temeuzen, uitgezonderd de beurtschippers; f. Idem voor vaartuigen die het zijkanaal van Hulst bevaren 30 cent per ton die tot Axel varen en 40 cent per ton die tpt Hulst varen; g. Idem voor vaartuigen waarvoor bruggen moeten worden geopend, bij elke brug van zonsopgang tot een uur na zonsondergang 20 cent voor zeeschepen en 10 cent voor binnen-vaarders en voor de overige uren het dubbele, terwijl aan de brug te Zelzate bovendien voor een los paard 2 cent wordt geheven en voor elk paard dat voor een rijtuig bespannen is 4 cent; h. Idem voor vaartuigen passerende de sluis aan de mond van de Moervaart 6 cent per ton voor vaar-

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van de Stichting Heemkundige Kring Sas van Gent | 1972 | | pagina 27