H WEEK VAN HET LANDSCHAP DOOR PETER BOELEE 44o hectare grote gebied van de Slikken van Heen is maar gedeeltelijk toegankelijk. Er is een natuurpad uitgezet door middel van rode paaltjes, dat voert naar de breedste kreek met een "gluur-muur"; Een kijkscherm van riet, van waaruit je over deze grote kreek kunt kijken richting het Volkerak. In de Week van het Landschap is een wandeling door het gehele gebied uitgezet. Ik was gevraagd als gids, maar kende de weg niet. Ik zag mijzelf al met een groep excursiegangers dagen lang door dit gebied zwerven, omdat ik de weg terug niet meer wist. Sjouwen door de hoge vegetatie. In de week voorafgaande aan de Week van het Landschap, werd door overvloedige regenval grote delen van Zeeland onder water gezet. Daardoor stond ook de water stand in de kreken van de Slikken van de Heen veel hoger stond dan normaal. Over de route van de "postentocht" was goed nagedacht, het eerste stuk zou het bestaande natuurpad volgen tot aan het kijkscherm. Dan liep de A J route langs de oever van de brede kreek naar een, van boomstammen en plastic tonnen samengesteld vlot, dat de bezoekers zelf door middel van een touw naar de overkant moesten trekken. Vooral dat laatste stuk, na het overvaren, was zwaar terrein met veel diepe kreken, dus veel geploeter door hoog water en modder. Het is een beetje te verge lijken met het Verdronken Land van Saeftinghe, alleen daar is weinig be- groeïng, omdat er nog eb en vloed heerst. Op de Slikken van de Heen is het terrein ruig begroeid met varens, duinriet en wilgen en in plaats van drijfzand of zuigende klei, zijn er diepe kreken met een zachte bodem van zwarte stinkende blubber. De tocht was ter voorbereiding al gelopen op de vrijdag voor het weekeinde waarin zoveel regen zou vallen, dus toen de waterstand in de kreken nog laag was. Daarom moest op die eerste zaterdag van de Week van Het Landschap, de dag dat het publiek de tocht zou gaan lopen, het laatste stuk nog "even" opnieuw verkend worden, omdat sommige doorwaadbare plaatsen nu natte voeten zouden opleveren. Langs de hele route waren vijf posten bemand. Op de eerste post werd informatie gegeven over de begrazing met Schotse hooglanders, op de volgende post in de eerste kreek stond een gids die over de planten in dit gebied vertelde, iets verderop stond een post met een schepnet om de bezoekers kennis te laten maken met de insecten in en om het water van de kreken. Bij het vlot stond post 4 om alles over de geomorfologie van het gebied te vertellen; over het ontstaan van de slikken en hoe het gebied zo gevormd is zoals het nu is. Hij zou, indien nodig, de bezoekers helpen bij het oversteken van de kreek met het vlot. Aan de andere kant van de kreek begon het laatste zwaartste stuk van de route. Hier moest men gebruik maken van de paadjes die de runderen gebruiken om zich in dit gebied te verplaatsen. Maar die steken als het moet een kreek zwemmend over. Sommige kreken waren te diep om met gewone laarzen over te steken, er moest dan een eind terug gelopen worden om een beter doorwaadbare plaats te vinden. Daar waar de mensen weer op een verhard pad aankwamen, zat ik onder mijn parasolletje om de vogelpost te bemannen. Vervolgens zouden de bezoekers hun tocht voortzetten over het verharde pad naar de Blokkendam om hierover in een half uurtje terug te lopen naar het beginpunt. Hoelang men over de hele tocht zou doen was van te voren niet te zeggen. Van start Na weken van regenachtig weer be gon de Week van het Landschap met goed weer, op zaterdag 19 septem ber was het bewolkt en warm weer. We verzamelden 's morgens om half negen bij het parkeerplaatsje naast de tent. In de tent werden de be zoekers ontvangen en ze kregen een vragenlijst. De bezoekers van de

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 1998 | | pagina 20