Rustig schuiven op de vestingwal
centimeter. Het lijf van het beest is
zwartig blauw, een wonderlijke kleur
voor een slak. Ook dit dier komt
(zelfs veel) op erven voor en is even
min schadelijk. Het beest heeft als
vleeseter bijvoorbeeld andere slakjes
op zijn menu staan.
Op deze schelprijke bodem waren
soorten van kalkrijke duinen geen
verrassing: het ging om bolle duin
slak en fijngeribde grasslak. Beide
zijn ze kleiner tot veel kleiner dan de
tuinslak. Kenmerkend is het wittige
huisje met bruine vlekjes, soms ook
bruine strepen. Het huisje van de
grasslak is kleiner en platter dan dat
van de duinslak. Beide soorten zijn
min of meer eenjarig. De winterpe
riode biedt dan voornamelijk lege
huisjes van dieren die hun levenscy
clus hebben afgerond. De bolle duin
slak is een zuidelijke soort die al wat
langere tijd in ons land bekend is.
De twee duinsoorten hebben op de
wallen een familielid met een klein
puntig horentje, de bolle duinhoren.
Het huisje wordt niet veel langer
dan vijf millimeter, de kleur is bruin
gevlekt, soms wit met een bruine
streep. Deze slak is als een vrij
recente nieuwkomer te beschou
wen, een soort die via de Belgische
kust ons land heeft bereikt.
Overigens gaat het om een slak van
Mediterrane oorsprong, die nog wel
eens met hulp van de mens ergens
anders in de wereld is terechtgeko
men. Zijn aanwezigheid op de wallen
was óns niet bekend en we waren
verbaasd over het grote aantal.
Onder water
In het voorgaande is al wat over
nieuwkomers gemeld; onder de
waterspiegel is het al niet anders.
Het Afwateringskanaal en de gracht
binnen de vestingwal bevatten
Jenkins' waterhoren en puntige
blaashoren. De eerste komt uit
Nieuw Zeeland en doet precies aan
een wadslakje denken. De soort is al
lange tijd ingeburgerd. Verwarrend
is het voorkomen van een bolle en
een slanke vorm, waarvan de eerste
meer het brakke water verkiest.
De puntige blaashoren is ook een
'oude bekende', afkomstig uit Noord
Afrika. Dit slakje lijkt wat op de in
Zeeland algemene ovale poelslak,
alleen blijft de slak kleiner en is
het huisje andersom gewonden. De
mondopening van het huisje zit dus
aan de verkeerde kant; niet rechts,
maar links ten opzichte van de leng
teas/spil. Een algemene autochtone
soort is de moeraspoelslak, één van
de grotere waterslakken met een
slanke horen. De slakkenfauna onder
water is duidelijk arm aan soorten,
hetgeen misschien toch nog met
wat zoutinvloed samenhangt. In de
gracht werden bijvoorbeeld veel ver
weerde huisjes van de opgezwollen
brakwaterhoren gevonden, wat duidt
op een brak verleden.
De moeite waard
De slakkeninventarisatie had een
oriënterend karakter. Er werden
achttien levende soorten aangetrof
fen, wat een normaal resultaat is bij
deze manier van werken. Intensiever
onderzoek zal met gemak meer soor
ten opleveren. Dat neemt niet weg
dat de lijst een goed beeld geeft van
de waarde van het terrein voor slak
ken. Het Iandgedeelte laat kwalitei
ten zien die in de polder niet zomaar
te verwachten zijn, gekenmerkt door
een 'zuidelijk' en kalkrijk karakter.
Dat deze hellingen voor de natuur
van bijzondere waarde zijn wordt
daarmee weer eens bevestigd.
Ir. H.J. Raad is regiocoördi
nator Zeeland Bevelandvan
het Atlasproject Nederlandse
Mollusken.
links
Moeraspoelslak
rechts
Bolle duinhoren
ZeeuwsLandschap 15