©®®P [3ÊGD3 [13©0B©öSÈ©[i^]@OD Dwergsterns komen in april naar de Noordwest-Europese natuurgebieden om te broeden. Ze trekken weer weg uit het Noordzeegebied in september en overwinteren aan de West- Afrikaanse kusten. Ze leven van kleine vis en ook hun kuikens voeden ze vanaf de geboorte met kleine vis. De Westerschelde is een kinderkamer voor dwergsterns. Het lijkt er echter op dat deze functie onder druk staat en daarmee ook de continuïteit van de populatie. Verslag van een arbeidsintensief onderzoek. Dwergsternnest Chiel Jacobusse Dwergstern Chris van Riiswiik Net als de andere sternsoorten bemachtigen dwergsterns hun prooi door middel van een stootduik. We zien vaak een dwergstern enige tijd stil hangen boven het water om een prooi te zoeken. Aan deze actie gaat veelal een zoektocht van vele minuten vooraf. Is een school vis gevonden, dan wordt er op de prooi gefixeerd. Maar ook niet zelden wordt vanuit de vlucht direct in het water gedoken. We weten inmiddels dat dwergsterns zich in hoofdzaak voeden met nuldejaars zandspiering- achtigen en nuldejaars haringach- tigen. De broedval van een of beide prooivissoorten wordt dus al in dat zelfde jaar in de voedselbeschikbaar- heid van de dwergsterns vertaald. Dwergsterns hebben een beperkt vliegbereik. De meeste vogels halen hun voedsel uit een gebied, dat niet verder dan duizend meter van de nestplaats ligt. De nestplaats ligt zelden verder dan honderd meter van de waterkant. In hun zoektoch ten naar voedsel vormt de combina tie van tijd en succes een dominante factor. En de factor tijd is extra knellend in de periode, dat voor een gezin gezorgd moet worden. Van alle kust- en zeevogels behoren de (dwerg)sterns tot de soorten, waar de mannen het leeuwendeel van de voedselvoorziening van het gezin voor hun rekening nemen. En om die rol van visleverancier goed te ver vullen, komt het niet alleen aan op het harde werken, maar bovenal op de behendigheid. En er is natuurlijk geen tijd te verspillen. Dagritme Het is 14 juni 1989. De dag breekt aan; het is 03.45 uur. Het eerste licht zwaait wanne kleuren over de schelpenbank. De dwergsterns ont waken. De veren worden uitgeschud en beurtelings worden de vleugels en poten gestrekt. Ze bereiden zich voor op een nieuwe werkdag. Vijf minuten later vliegt de verkenningseenheid de verdwijnende schemering boven de Schelde achterna. Om 04.38 uur komt er een dwergstern voor m 'n schuilhut terug. Zonder vis. Hij komt haastig kijken bij de ineen gedoken partner die is achtergebleven bij de kuikens, drentelt bij gebrek aan reactie besluiteloos op en neer en buigt ten langen leste plichtmatig naar voren. Er komt geen reactie van onder de buikveren. Het vrouwtje staat op en bedelt heftig. Ze heeft honger, maar lijkt zich snel te reali seren dat ze er nu andere prioriteiten liggen. Ze maakt een kon rondje om de nestkuil en keen gehaast terug naar de twee nagelgrote donsbol letjes. Om 04.50 vliegt hij opnieuw weg: het zicht verbetert met de minuut. De kokmeeuwen fourageren Kuiken dwergstern Chiel Jacobusse ZeeuwsLandschap

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap | 2007 | | pagina 4