a°" UajUj I
HET VERDWENEN 'SLOT' TE STAVENISSE GEBOUWEN
J.P.B. Zuurdeeg en B.Oele
In het artikel van C.A. van Swigchem '200 jaar monumenten van bouwkunst
in Zeeland, Wat verdween en wat behouden bleef voor het heden en voor de
toekomst,'1 staat onder het lijstje 'Verliezen op Tholen''Stavenisse verloor
een kerk (1910), een slotje en een rechtshuis, alles uit de 17e eeuw.' Over
het verdwenen slotje gaat het eerste artikeltje in de nieuwe reeks Verdwenen
Zeeuwse gebouwen.
Aanleiding om met het Slot te Stave
nisse deze reeks te openen was een
aanvraag van de huidige eigenaar
van het terrein de resten van het
slot af te voeren van het register
van beschermde monumenten.
In Smalleganges Cronyk van Zeeland
uit 1696 is een gravure opgenomen
van het 'Slot tot Stavenisse'. Hierop
is het slot met een deel van het dorp
te zien in vogelvluchtperspectief. 2
Afgebeeld is een klassiek rechthoekig
gebouw met in de voorgevel negen
kruisvensters, waarvan in het onder
ste deel de luiken gesloten zijn. Een
fraaie toegangspartij reikt tot de
tweede verdieping. Ze toont 2 schild-
dragende leeuwen met boven het fron
ton nog een zandstenen beeldje. In
het schilddak zijn aan de voorzijde
3 dakkapellen aangebracht. Op de
hoeken van het schilddak 2 vrij hoge
schoorstenen bekroond met een wind
vaan. Het gebouw staat op een recht
hoekig eilandje, dat omgeven is door
een uit een brede gracht oprijzende
muur met op de hoeken vier torentjes.
Deze torentjes zijn voorzien van een
klokvormig dak. Als toegang naar
het gebouw een kennelijk houten brug;
in het midden van de brug een hou
ten toegangshek. Het ruime voorplein
wordt aan twee kanten begrensd door
haaks op de gracht staande (portiers) -
woningen en is afgesloten door een
ronde muur met houten toegangshek.
Naast de woningen staan vier rijen
bomen. Niet duidelijk is of zich tus
sen deze bomen een buitengracht be
vindt. Aan beide zijkanten en aan
de achterkant lijkt dit wel zo te we
zen. Tussen de beide grachten is
een viertal formele tuinen aangelegd,
terwijl aan de achterzijde diverse
groente- en bloembedden te zien zijn.
De hoofd-toegangsweg sloot haaks
op de Poststraat aan. Het slot had
ook een verbinding met het dorp.
Deze stond haaks op de hoofdontslui
ting. Beide wegen, waarvan de namen
Bosstraat en Bos herinneren aan de
tuinen van het slot, zijn nog steeds
duidelijk herkenbaar in het stratenpa-
troon
Smallegange zelf schrijft over Stave
nisse en het slot het volgende:
'Deze plaets is een schoon Dorp, en
daeraen is in dese eeuw een heerlijk
Slot of Heeren-huis gebouwt, bij de
8