We mochten in dit kwartaal op ons secretariaat weer bezoek ontvangen van dialectsprekers uit diverse regio's. (En we maken graag nieuwe afspraken, telefoon 01184-16924.) We danken voor alles, wat we ont vingen: brieven, knipsels enz., de medewerking van zo velen, en zeker niet het minst voor de praktische hulp, het extra typewerk van dhr. J.L. den Boeft, op wie we nog altijd in bijzondere omstandigheden een be roep kunnen doen. En nu maar hopen dat we het voor onze Vereeniging meest belangrijke bericht ook spoe dig mogen ontvangen! E.J. v.d. Broecke-de Man Radioprogramma 'Goed Zeeuws' Naar aanleiding van de uitzendingen die Omroep Zeeland met onze Vereeni ging wekelijks op woensdag tussen IV.35 u. en 18.00 u. verzorgt, ko men op het onderzoekssecretariaat aanvullingen, verhalen en anekdotes binnen, die we u niet willen ont houden. Dhr. P.C. Noordhoek (Zr) schrijft ons een humoristisch historisch ver haal. Helaas zijn de namen van de betrokken Kortgeense personen in vergetelheid geraakt, maar die zijn voor het verhaal minder belangrijk. In zijn toelichting op het verhaal zegt hij: 'Nog in de twintiger jaren werd een werkgever, in welke be drijfstak ook, aangesproken met baas, bij ons in Kortgene dus baes. Niet enkel door zijn gehele onmiddellijke omgeving. Zelfs bij afwezigheid, zo iemand hem voor overleg wilde spre ken, antwoordde dan zijn eigen vrouw: "Kom wee mè as de baes d'r is! Komisch, maar de vrouw van de smid, de wagenmaker, de bakker enz. ant woordde in dezelfde omstandigheid: "Vraag dat maar aan de smid of de wagenmaker, de bakker." Zij noemde nimmer de naam van haar man, duidde die dan aan met zijn beroep. Soms heeft de betrokken echtgenoot dan door ouderdom allang zijn beroep verlaten. Een boerenknecht moest voor zijn boer eens naar de hoeve van een buurman collega met een boodschap. De uitver koren ondergeschikte kweet zich nu als volgt van zijn taak. Op de boer derij van de buurman aangekomen en na de deuropening op zijn "volk", verscheen de buurman zelf in het deurgat. Hij hoorde het volgende ge duldig aan: "Hoeie morrege baes, za'k mè zehhe. Zeg baes, de baes ei he- vroohe, of de baes 's nae de baes kan komme, mè as de baes nie kan komme, za de baes zeivers wè komroe. Morrege baes." Met de boodschap, dat de baes wè kon komme, keerde dan onze bood schapper naar de "eigen hoeve" weer om Dhr. Noordhoek werkte bij het K.O.F. (nijverheidsonderwijs) en bevoer met een opleidingsschip in oefening ook de Zeeuwse wateren. Tijdens een 'Zeeuwse reis' kwam steevast een leerling van de dagnijverheidsscholen, tijdelijk voor praktische oefening aan boord, met de vraag: 'Kapitein, zeg ons nu eens iets op z'n Zeeuws?' De leerlingen hadden dan aan de wal met het Zeeuwse dialect kennis gemaakt. Hij gebruikte dan vaak bovenstaand verhaal en besloot dan met'Ja jongens, de Zeeuwse taele is de mooiste van aolemaele. Onze Zeeuwse dialecten hebben vele leenwoorden uit het Frans,Duits en Engels, maar waar komt de uitdruk king vandaan: Ie is op z'n sapper de bleu? De betekenis van deze uitdrukking ishij is op z'n zondags, op z'n netjes, is aangekleed. Mevr. M.J. van Leeuwen-Hamelink (Zr) geeft er de volgende verklaring voor: 'De uitdrukking sapper de bleu komt uit de Napoleontische tijd. Napoleon had in zijn leger diverse onderdelen, zoals b.v. de grenadiers en ook de sappeurs. Deze onderdelen hadden eigen kleuren voor hun uni form. Daaraan waren ze te herkennen. De sappeurs nu hadden een blauw (bleu) uniform en daarvandaan komt 23

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1992 | | pagina 25