SAMENVATTING VAN HET OPENINGSWOORD DOOR DRS W.T. VAN GELDER COMMISSARIS VAN DE KONINGIN De Commissaris van de Koningin pleitte in zijn openingstoespraak voor een betere behartiging en coördinatie van de archeologische belangen in de provincie. Hoewel Zeeland, zeker gerekend naar het aantal inwoners geen grote provincie is, is het archeologisch gezien wèl een te groot gebied: er is te weinig menskracht en te weinig geld om de archeologische belangen afdoende veilig te stellen. In Zeeland werkt een provinciaal archeoloog, die in het Provinci aal Depot voor Bodemvondsten wordt bijgestaan door drie vaste krachten in deeltijd. Voorts is er een amateurvereniging met een Zeeuwse afdeling van ongeveer 60 leden, van wie er zo'n tien actief zijn. Verder zijn er de 'schatgravers'; die vormen echter eerder een bedreiging van het bodemarchief, in plaats van er de behoeders van te zijn. Deze menskracht staat volgens de Commissaris niet in verhouding tot wat er in de provincie te doen valt op archeologisch gebied. Allerlei activiteiten en omstandigheden bedreigen het bodem archief: aanleg van parkeerkelders, verlaging van het grondwaterpeil, uitbreidingsplannen van steden en dorpen enzovoorts Als 'krenten uit de pap' van de Zeeuwse archeologie noemde de Commissaris de overblijfselen en sporen van (de aanwezigheid van) Romeinen, Vikingen, Vlaamse monniken, belangrijke steden, handelsvloten, indijkingen, overstromingen en oorlogen. Zelfs uit de 'Steentijd' vinden we in Zeeland archeologische sporen. Het veilig stellen van de restanten van dit groots verleden be hoeft nadere overweging. Als mogelijkheden tot verbetering noem de de Commissaris onder andere een koppeling van de archeolo gische belangen aan die van milieu, natuur en landschap, meer inzet van vrijwilligers en een betere publieksvoorlichting, met het doel het publiek meer van het belang van de archeologie te doordringen. Voorts zou het goed zijn te onderzoeken in hoeverre provincie en gemeenten beide structureel kunnen bijdragen aan de Zeeuwse archeologie. Stadsarcheologen zullen er in Zeeland voorlopig wel niet komen; wel kunnen gemeenten bijdragen in de kosten van onderzoek en opgravingen in hun gebied, uitgevoerd door de provinciaal archeoloog en diens medewerkers. De oprich ting van de werkgroep stadsarcheologie past in het beeld, dat Zeeland bereid is tijd en geld in zijn verleden te investeren. De Commissaris kondigde aan zich sterk te zullen maken om Zee land mee te laten delen in subsidies voor 'land- en waterprojec ten'. Ook deelde hij mee dat hij binnenkort met dhr. De Kok, de nieuwe Gedeputeerde voor Cultuur, zou bezien op welke wijze meer geld door de provincie kan worden vrijgemaakt voor het oudheidkundig bodemonderzoek. Hiertoe moeten wellicht andere, minder opportune subsidies worden aangepast. Red. 5

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1993 | | pagina 7