Terrein van de Tempel, opname 31 januari 1969
genomen van de Tempeliers. In 1523
vestigden zich er Franciscanessen.
Het hospitaal werd in 1540 verheven
tot klooster der derde orde van St.-
Franciseus. Ook het hospitaal ging
onder bij de oorlogswoelingen aan het
begin van de Tachtigjarige Oorlog en
de militaire inundaties van 1584/85.
Tempeliers
Franse ridders stichtten in 1119 in
Jeruzalem de orde van de tempelheren
tot bescherming van pelgrims en het
11. Graf. De naam van de orde ver
wijst naar het feit dat de hoofdzetel
zich bevond op het tempelplein vun
Jeruzalem, waar luter de Al Aksa-mos-
kee verrees. De orde der Tempelieren
kwam snel tot grote bloei en kon ten
slotte bogen op ongeveer 9.000 vesti
gingen in Europa. In de 14de eeuw
stond de orde in een 'reuk van ontucht
en blasfemie'. Met behulp van folte
ring en schijnprocessen werden de
Tempelieren ten vul gebracht, voor
namelijk door het drijven van de Fran
se koning Philips IV, die zwaar bij
de tempelheren in de schuld zou staan.
In 1312 hief paus Clemens V na een
periode van weifelen en besluiteloos
heid de orde op.
Behalve te Zaamslag zouden de Tempe
liers in het huidige Zeeland vesti
gingen hebben gehad in Middelburg,
Zierikzee, Zanddijk, Geersdijk en
Ossenisse.
De Tempelier die wel 't meest in de
collectieve herinnering voortleeft is
een romanpersonage, nl. Brian de Bois
Guilbert uit Ivanhoe van Walter Scott
(1819). Deze schurk verzinnebeeldt
fraai de tempelridder in de hoogtij
dagen van zijn orde: werelds, trots
en aanstootgevend. De Bois Guilbert
zat zo hoog te paard dat hij ten slotte
zelfs zijn orde trotseerde en ten on
der ging aan zijn eigen hartstochten -
maar wel met stijl.
Volksverhalen
Sinninghe meldt in zijn Zeeuwsch Sagen
boek (1933) dat het 'geweldig spookt'
waar eens de 'Groote en Kleine Tempel'
stonden. Blijkens een noot haalde hij
dit uit J. ub Utrecht Dresselhuis'
De godsdienstleer der aloude Zeelan
ders (1845). Wie dit boek op de bestem
de plaats opsluat leest: 'Zoo spookte
het nog maar een paar jaren geleden
in de nabijheid van den grooten
en kleinen tempel, vroegere bezittin
gen der tempelridders: maar die Zaam-
slagpolder heeft almede jaren lang
woest gelegen Dergelijke spook
sels zijn dus kinderen der verbeel-
27