Het huis te Wemeldinge
Het terrein van de voormalige commanderij
bezuiden Wemeldinge ligt ten oosten van de
Wemeldingse Zandweg en ten westen van
het Biezewegje. De commanderij lag in de
Sint-Janshoek, aan de restgeul van de
kreekrug Kapelle-Wemeldinge. Deze
restgeul vormde de grens tussen Kapelle en
Wemeldinge, en viel deels samen met de
gracht van het klooster. Er liep geen
behoorlijke weg naar de commanderij. Men
neemt dus aan, dat het verkeer met
Wemeldinge en Kapelle vooral over het
water, via de restgeul, werd onderhouden.
Bijna de hele Sint-Janshoek behoorde aan de
commanderij (ruim 160 gemeten). Haar
bezittingen lagen echter voor het merendeel
in Kapelle: ruim 161 gemeten in Sint-
Jansheerenland, 51 in Bruelis Ambacht
benoorden Heijdijke, 24 in Haamstede
Ambacht voor Cranendonk, ruim 9 in
Maelstede Ambacht voor Sint-Janshof, ruim
46 in Brederode Ambacht op de Wijdee en
ruim 27 in Beloys Ambacht voor
Teekenburg (zie ook afbeelding 2).
De stichting van de Wemeldingse
commanderij plaatst men rond het midden
vandel3de eeuw. Het klooster wordt echter
pas in 1400 voor het eerst vermeld als uithof
van het Sint-Catherijneconvent in Utrecht.
Aan de commanderij waren een hospitaal en
een kapel verbonden. In de kapel vierde
men dagelijks één gezongen en vier gelezen
missen. Van alle commanderijen op het land
had die van Wemeldinge de meeste bedden
voor zieken en arme vreemdelingen,
namelijk tien. Als woongebouw diende een
groot stenen huis. Er was ook een stal en
waarschijnlijk een schuur voor de opslag van
het door de commanderij verbouwde graan.
Een poort, de 'Sint Jansheerenpoorte', gaf
toegang tot het kloostercomplex. De
commandeur zelf woonde in de regel niet in
het klooster, maar in een min of meer
aanzienlijke woning op het dorp.
Het belang van de Wemeldingse stichting
blijkt bijvoorbeeld uit de verplichte
jaarlijkse afdracht aan de Balier van Utrecht.
Voor de Middelburgse Johannieters bedroeg
die twintig goudguldens, voor het klooster te
Wemeldinge 42
Achterin de overloper van het Oostambacht
van Kapelle uit 1583 komt een lijst voor van
de landerijen van de Johannieter
commanderij te Wemeldinge, welke ter
'leveringestonden. Dit betekende, dat de
waterschapslasten direct aan de
dijksbesturen mochten worden afgedragen,
met voorbijgaan van de ambachtsheren. De
rol van het Sint-Jansherenhuis als
Johannieter commanderij - als rooms-
katholieke instelling dus - was toen wegens
de machtsovername door de calvinisten in de
jaren zeventig echter uitgespeeld, mét die
van het gehele overige Zeeuwse
kloosterleven.
Bij een visitatie (inspectie) van het klooster
in 1594 werd vastgesteld dat de commandeur
en kloosterlingen te Goes woonden.
Omwonenden van de commanderij
verklaarden, dat het klooster sinds jaren
onbewoond was.
Nog in 1604 en 1610 werd de hoeve 'De
Jonge Boogaers', ten zuidwesten van het
klooster en bewesten de Wemeldingse
Zandweg (later 't Hof De Jonge Bogaards'
geheten; afbeelding 3), vermeld als
eigendom van de Sint-Jansheren. De pachter
toen was Ingel Gillisse.
a/b. 3 'I Hof De Jonge Bogaarils
Deze boerderij werd afgebroken in 1990 en
wat verderop op moderne wijze herbouwd.
Na de Reformatie stonden de geestelijke
26