No> 13 VRIJDAG 13 JUNI 1930 243
Door den Westelijken kanaalarm komen de grootere vracht
schepen binnen, die grootendeels doorvaren naar Gent.
Weliswaar zijn er nog verschillende minder gun
stige omstandigheden die een vrije en spoedige
ontwikkeling belemmeren, zooals de tarieven-
kwestie in zake de loodsgilden en vooral ook de
kwestie der gereduceerde spoorwegtarieven die
een punt uitmaakt van het Nederlandsch-Belgisch
verdrag. Maar deze belemmeringen zullen hopelijk
niet van langen duur zijn.
Er komen nog voortdurend aanvragen om op
slagruimte binnen. De Rijkswaterstaat men
weet, dat de haven door het rijk geexploiteerd
wordt heeft een plan voor uitbreiding ontwor-
Houtschepen In de Westhaven.
Rustig maar toch druk kan het zijn op den Oos-
telijken kanaalarm, als heele rijen schepen liggen
te wachten om te lossen of om geschut te worden.
Aangezien de ruimte der opslagplaatsen reeds lang Ie klein is is men begonnen met de
uitbreiding daarvan. Foto van deze werkzaamheden.
pen, waarvan het eerste deel, indien het is uitgevoerd, de bestaande
opslagruimte met het tweevoudige zal overtreffen. Om van de overige
plannen nog maar niet te spreken.
Zonder veel gepraat heeft de gemeente ter verwerkelijking van dit
plan een bedrag van twee ton toegestaan.
Men wacht nu op de behandeling van de aangevraagde provinciale
subsidie.
Dat deze behandeling spoedig zal plaats vinden, is een dringende wensch
van alle Terneuzenaren die bij de uitbreiding belang hebben.
Hiermee willen wij voorloopig eindigen. Zonder voorbehoud mag het
initiatief van de Terneuzenaren tot een voorbeeld worden gesteld. Met
veel durf en door hard werken is hier in korten tijd veel bereikt. In het
Zeeuwsch-Vlaamsche land is een ontwaken men denke ook aan
Breskens dat, naar wehopen, prikkelend zal werken op den
Zeeuwschen ondernemingsgeest.
zelfstandige expeditiekantoren. Later vestigden er
zich vertegenwoordigers van groote lijnen, en met
dit alles neemt de scheepvaart geweldig toe. In
de periode 1870—1914 stijgt, wat de tonnenmaat
betreft, Terneuzen naar de derde plaats. Daarna
volgt de inzinking tijdens den wereldoorlog. Maar
na 1918 gaat het weer in stijgende lijn in het af-
geloopen jaar overtrof het tonnagecijfer hetvoor-
oorlogsche. Waaraan nu dankt Terneuzen als ha
venstad zijn bloei
Allereerst aan het feit, dat het de aangewezen doorvoer
haven is voor Gent, dat jaarlijks aan belangrijkheid als
havenstad wint.
Maar er waren nog andere factoren. Terneuzen had, om tot
zijn ontwikkeling te komen, geen belangrijke kunstwerken
noodig; ook waren daar voor den oorlog de speciale spoorweg
tarieven in België, die ook voor Terneuzen golden. Dan is het
van belang, dat de haven altijd bereikbaar is en dat het ver
schil tusschen eb en vloed gering genoemd kan worden.
De groote opbloei dankt deze havenplaats wel aan het
meststoffenvervoer. Dit is er geweldig uitgebreid de mest
stoffen worden niet alleen naar België, maar ook naar ver
schillende deelen van ons land gezonden.
Alles wat wij zagen, bevestigde het optimisme van onzen
zegsman betreffende de toekomstige beteekenis van Terneuzen.
Inderdaad valt hier te spreken van een belangrijk haven
bedrijf; de drie havens en de uitgestrekte opslagterreinen
boezemen ontzag in voor wat hier is bereikt.
Terneuzen heeft dan ook een goede toekomst voor zich.