12 Op 3 mei 1862 echter vraagt de Eerstaanwezend Ingenieur van de Staatsspoorwegen te Bergen - op - Zoom aan het gemeentebestuur van Goes uit twee mogelijkheden de plaats van het station te kiezen, nu tot de aanleg van de spoorlijn Woensdrecht - Goes besloten is. Het antwoord volgt - kan men zeggen - spoorslags: op 10 mei deelt het Gemeentebestuur mede dat de keus op A is gevallen dat is de plaats waar het gekomen is; B lag op dezelfde hoogte, iets oostelijker, dicht bij de Kloetingseweg) Bij de feestelijke opening, op de eerste juli 1868, is Goes eindstation, dat zou het blijven tot op 1 maart 1872 de Zeeuwse lijn tot Middelburg in gebruik genomen kon worden. Deze spoorverbinding heeft de kaart van Zeeland in belangrijke mate gewij zigd: historische waterwegen werden afgedamd: het Kreekrak in 1867, het Sloe in 1871. Kanalen gingen die vervangen: dat door Zuid-Beveland, en dat door Walcheren voltooid resp. in 1866 en 1873 Het isolement waarin deze eilanden verkeerd hadden, behoorde dus voortaan tot het verleden. Hoe sterk dat soms geweest was, vooral in winterse dagen, daarvan geven de boeiende 'brieven van mijn vader' tijdens diens verblijf te Veere 1868 - 1873 die dr. Ha.C.M.Ghijsen heeft uitgegeven 2 een beeld. Deze man is als opzichter betrokken bij de bouw van de sluizen te Veere voor het Kanaal door Walcheren. Zijn kerstverlof heeft hij doorgebracht bij zijn moeder, in Luik. In zijn brief van 7 januari 1871 geeft hij deze verslag van de terugreis naar zijn standplaats. Per trein - een lange en vermoeiende reis - werd Goes bereikt. Daar moest een rijtuig worden gehuurd; dit brengt hem naar de steiger aan het Sloe. Er is echter geen sprake van overtocht de winter is streng ijsgang blokkeert de vaart. Half één 's middags. In de herberg - zes minuten lopens van de steiger - worden andere gestranden aangetroffen, waaronder de postdienst voor Walcheren. Verlatenheid: het enige huis twee mijl in het rond. Drinken, eten, naar klachten luisteren. Dan, om vier uur plotselinge waarschuwing: een groot ijsveld is vast komen te zitten tussen de oevers, de rest drijft af: snel, er is kans op overtocht. Die heeft dan plaats in wind, sneeuw en hagel ('alles tegelijk'); na een kwartier is men over. Rijtuig naar Middelburg, waar het in Goes telegrafisch bestelde rijtuig naar Veere wordt aangetroffen. Half zeven ter bestemming! Noten 1. In 1855 was de Goesche Maatschappij van stoom- en zeilvaart opgericht,die met de 'Stad Goes' een dienst Goes - Rotterdam ging onderhouden: 3 maal per week in de winter twee maal 2. 'Uit brieven van mijn vader Carolus Mattheus Ghijsen tijdens zijn verblijf te Veere (1868 - 1873) aan zijn familie gericht' door dr Ha. C.M. Ghijsen - Archief uit - gegeven door het zeeuws Genootschap der Wetenschappen, 1964. De brieven zijn in het Frans gesteld. 3. Johan W. van Dal, Architecteur langs de rails, Deventer, 1981.

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 1983 | | pagina 14