16 mei - De Duitse doorbraak en tegen maatregelen In de loop van de morgen braken de Duit sers door bij de Postbrug en de Vlakebrug- gen. Motorvoertuigen en -fietsen en zelfs pantserwagens reden zo snel mogelijk over de Rijksweg naar de Sloedam en bekom merden zich niet om de Fransen in het zij- terrein. Generaal Deslaurens, divisiecom mandant van het 60e Division d'Infanterie, waartoe het 271e Régiment d'Infanterie behoorde, trachtte de kansen te keren. Hij gaf opdracht aan het le Bataljon van 224e Régiment d'Infanterie, een eenheid van de 68e Division d'Infanterie, om zich oos telijk van Kapelle gereed te houden voor een tegenaanval. De commandant van dat bataljon meldde dit, via de bevelslijnen, aan zijn commandant. Dat was generaal Durand, deze gaf het bataljon de tegenor der om zich naar Walcheren te verplaatsen. Terwijl het op weg was naar zijn nieuwe positie werd het in de namiddag zonder slag of stoot krijgsgevangen gemaakt. In Middelburg probeerde Deslaurens lucht steun te krijgen voor de Vlakebruggen, maar die was niet beschikbaar. Wel werd een Chasseur opdracht gegeven om artil lerievuur op de Vlakebruggen af te geven. Deslaurens ging terug naar Kapelle waar de toestand heel verward was. Majoor Périer zette zijn drie reservecompagnieën in voor een tegenaanval.34) De tegenaanval van kapitein Soyer op de Postbrug Tegen 11.45 uur trok het grootste deel van de 7e Cie zich terug op het verkennings detachement van kapitein Soyer, dat net opdracht kreeg van majoor Bouvier om de vijand bij de Postbrug te verdrijven. Soyer was vader van vijf kinderen. Eerder waren hem andere functies aangeboden, die hij weigerde. Luitenant Robineau bood hem Afb. 14. De herbegrafenis van de Franse soldaten in januari 1941, de Biezelingsestraat. Gemeentearchief Kapelle.) 24

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 2008 | | pagina 26