den tachtig-jarigen oorlog; De Schouwsche
smokkelaar; Het juttersnest. Eveneens
voor Kluitman bewerkte hij een Frans
kinderboek van Benjamin Rabier: 'Martin,
Jocko en Flapoor', de avonturen van een
aap, een beer en een hond.
Ook als literair-historicus deed Daniël
Adrianus van zich spreken. In het Archief
1930 van het Zeeuwsch Genootschap der
Wetenschappen wijdde hij een uitgebreid
artikel aan 'Het spel van de stathouwer',
een toneelstuk dat in 1696 werd gespeeld
door de 's-Gravenpolderse rederijkerska
mer 'De Fiolieren'. In de inleiding schreef
hij: 'Toen ik op zoek was naar bizonderhe-
den over de schuttersgilden op het platte
land van Zuid-Beveland, kwamen me een
paar handschriften onder het oog, die, hoe
zeer ook op vele plaatsen beschadigd, toch
nog genoegzaam leesbaar waren om mijn
aandacht te trekken.'29)
Als kalligraaf leverde hij werk van hoog
staande kwaliteit. Uit pure liefhebberij
hield hij zich bezig met het vervaardigen
van beeldhouwwerk in basreliëf.
Een zwakke gezondheid
'Toen hij veertig jaar was openbaarden
zich de eerste verschijnselen van een onge
neeslijke ziekte, die zijn toch al niet sterke
gestel (ik heb hem nooit anders gekend dan
als zware maagpatiënt; zelfs op zijn nacht
kastje stonden de poeders) vóór de normale
tijd zou slopen.'301 In 1929 moest hij een
zware operatie ondergaan waardoor hij
een halfjaar niet in staat was om zijn werk
te doen. Vanaf die tijd ging het met zijn
gezondheid langzaam verder bergafwaarts.
Omdat het hoe langer hoe moeilijker werd
om zijn taken optimaal te blijven uitvoe
ren, zag hij zich in 1933 genoodzaakt om
een medische keuring aan te vragen. Op 11
december 1933 verklaarde de Pensioenraad
te Den Haag hem 'uit hoofde van ziekten of
gebreken voor de verdere waarneming van
zijn betrekking ongeschikt.' Op zijn op deze
verklaring gebaseerd verzoek werd hem
door de gemeenteraad van 's-Gravenpolder
met ingang van 16 mei 1934 eervol ontslag
als hoofd van de school verleend.31'
Op 6 december 1937 werd hij tengevolge
van een beroerte plotseling blind. Hij
overleed, 61 jaar oud, op vrijdag 14 april
1939. Aan een arbeidzaam leven was een
moeizaam einde gekomen, Daniël Adrianus
Poldermans was niet meer. In het Zeeuwse
overzicht van 'Bekende overleden personen
in 1939' werd zijn naam met ere vermeld.
Veel gegevens over volkskundige onderwer
pen die hij als onverdroten speurder had
verzameld zijn door zijn vroege overlijden
onuitgegeven gebleven.
Hoewel hij er alleen de tweede helft van
zijn leven had gewoond en gewerkt, was
er 'geen dierder plek voor hem op aard'
geweest dan 's-Gravenpolder. Door het uit
buiten van zijn kwaliteiten heeft hij op een
bijzondere manier het dorp op de kaart van
Zeeland gezet. Hij is, nu enkele generaties
verder in de geschiedenis, niet vergeten
want het Zeeuwse volkslied wordt nog
regelmatig overal in de provincie gezongen.
Daarnaast is ook zijn bekendheid als dia
lectschrijver nog niet weggeëbd. In het
kader van de vijfde Nederlandse dialectdag
op 5 maart 1999 te Zwolle werd een lande
lijke dialectenquête gehouden. Als meest
populaire Zeeuwse streektaalschrijver
kwam hieruit Jan Zwemer, een man van de
huidige generatie, naar voren. De tweede
plaats was voor Daniël Adrianus Polder
mans.321 Het is een goed teken dat enige
jaren geleden een straat in het centrum
van het dorp de naam D.A. Poldermans
straat heeft gekregen.
54