het station stond een kleine watertoren waar de stoomlocomotieven water konden innemen voor de stoomketels. Omstreeks 1907 bouwde men aan de rechterzijde een lage zijvleugel. Een tiental jaren later trok men het middendeel hoger op. Firma Van der Have en de veiling zorgden voor veel bedrijvigheid aan het station. De veiling liet in 1924 een spooraftakking aanleggen, Van der Have deed dit in 1948. Meerdere malen is er sprake geweest van opheffing van het station voor passagiersvervoer, onder meer in 1947 en ook recentelijk nog. Steeds keerde de spoorwegdirectie op zijn schreden terug. Goes Het station van Goes werd in 1872 in gebruik genomen. Het lag zo'n vierhonderd meter ten zuiden van de bebouwde kom. Doordat de stad nadien sterk uitbreidde kwam het binnen de bebouwing te liggen. Het gebouw was van het type 4^e klasse. Het was al snel te klein. Al in 1874 werd het van zijvleugels voorzien. In 1903 kreeg de rechterzij vleugel een uitbreiding, iets wat ook het linker deel kreeg in 1914. De aangebouwde vestibule was uit 1934. De bovenverdieping was als dienstwoning in gebruik. Op de begane grond rechts bevond zich de wachtkamer derde klasse. In latere jaren werd dit meer en meer een gelagka mer waar lang niet altijd mensen op de trein zaten te wachten. In de linkervleugel bevonden zich de wachtkamers eerste en tweede klasse. Toen het onderscheid in ver schillende wachtkamers verviel kreeg de wachtkamer derde klasse een bestemming als dienstvertrek. Zowel wat goederen als passagiersvervoer betrof en betreft is Goes een druk station. Diverse bedrijven vestigden zich in de buurt van het station om optimaal van de nieuwe transport mogelijkheden te kunnen profiteren. Dat de eerste fruit- en groenteveiling in het centrum van de stad aan de Stalstraat werd gevestigd bleek dan ook al snel een enorme blunder. Enkele jaren later kwam Afb. 10. Station Lewedorp. 68

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 2008 | | pagina 70