Line van Zeelant, vandat so sloech Janne Torf, daer gheen boete toe en hoort dan den steen te draghene. [Veroordeeld is] Line van Zeeland, omdat zij Janne Torf geslagen heeft, van haar was het niet mogelijk een boete te innen, zodat zij de steen moet dragen.7' In de negende-, tiende-eeuwse praktijk kwam het erop neer dat de straf werd opge legd aan vrije, recalcitrante vrouwen uit de lagere klasse. Zo'n veroordeelde vrouw moest een traject in haar dorp lopen als symbool van haar individuele schande en daarbij een of meerdere molenstenen mee dragen als symbool van haar hoofdbezig heid. Hoe vaak de straf feitelijk is opgelegd en feitelijk werd uitgevoerd is niet duide lijk, maar zeker is wel dat het in oorspong ging om een (voornamelijk) vrouwelijke dreigstraf en een vervangende sanctie op een geldboete als hoofdstraf.8' Steendragen als hoofdstraf In de loop van de twaalfde/dertiende eeuw heeft het vervangend strafelement, het steendragen, zich ontwikkeld tot hoofdstraf. In lijn met de rurale en economische inslag van het oud-Germaanse strafrecht was de schandestraf aanvankelijk afkoopbaar met een boete, maar in de tijd van de opkomst van de middeleeuwse steden verdween in veel plaatsen deze mogelijkheid om zich aan de effectieve strafuitvoering te onttrekken. De verschuiving van een vermijdbare vervangingsstraf naar een onvermijdbare hoofdstraf vond waarschijnlijk plaats onder invloed van drie factoren: -In de eerste plaats het kerkelijke recht, dat zwaar inzette op de individuele straf- moraal, schuldbekentenis en boetedoening en bijgevolg principieel sterk gekant was tegen de afkoopbaarheid van straffen. -In de tweede plaats het grafelijke recht, dat door de toepassing van juridische dwang iedere individuele schuldige daad werkelijk beoogde en (onder andere onder de groeiende invloed van het Romeinse recht) in toenemende mate ook wist te bestraffen. -Tenslotte de geleidelijke (chronologisch iets latere) verharding van het wereldlijke en dus ook stedelijke strafrecht. Een ver gelijking tussen de teksten uit het begin en het einde van de vijftiende eeuw toont bijvoorbeeld aan dat evenals elders, ook in Reimerswaal het stadsbestuur de neiging vertoonde hogere straffen af te kondigen. De dubbel zo hoge geldboete voor schelden is daarvan slechts één voorbeeld.9' Stad Gewest Datum Hoogte boetebedrag11' Antwerpen Brabant XIII eeuw 3 pond Bergen op Zoom Brabant 1314/1397 10 schellingen (1/2 pond) tot 3 pond Dendermonde Vlaanderen 1374-1375 4 pond Mechelen Brabant 1375/1382/1385 40 schellingen (2 pond) tot 3 pond, 2 schellingen Ninove Vlaanderen 1375 3-5 pond Hulst Zeeland 1399 23 schellingen (1,15 pond) Reimerswaal Zeeland 1402 1 pond Turnhout Brabant 1404 3 schellingen 4 denieren (0,2 pond) Oudenaarde Vlaanderen 1443 Verbanning Breda Brabant 1479/1482 Verbanning Zierikzee Zeeland 1485 27 groten (0,125 pond) tot 70 pond Reimerswaal Zeeland 1494 2 pond Vilvoorde Brabant 1495 20 pond Hildernisse Brabant 1498 3 pond Steenbergen Brabant 1504 10 pond Tabel 1. Het afkoopbeleid voor schandstraffen in diverse steden. 19 l

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 2011 | | pagina 21