Van straf naar spektakel Op deze handelwijze bestonden vele varia ties. Soms was een beul of beulsknecht aan wezig. In de loop van de tijd verdween het actieve optreden van het slachtoffer in de stoet. Soms werd voorafgaand aan de tocht de klok geluid en het vonnis voorgelezen, moest de dader openbaar haar schuld belij den en werd haar door de gekrenkte partij vergiffenis gegeven. De optocht kon verder worden begeleid door een trommelaar, een trompetter en ordehandhavers. De lokale overheid stond in zijn algemeen binnen bepaalde grenzen - in de late middeleeu wen een actievere rol van het publiek toe. De reactie van de toeschouwers lachend, spottend, luid joelend of juist zwijgend en stil - was per dorp of stad verschillend; ze zal ook afhankelijk zijn geweest van de zwaarte van het delict en de positie van de veroordeelde. Het steendragen veranderde op veel plaatsen op die wijze van een oor spronkelijk vrij eenvoudige werkstraf in een theatrale schandetocht die uit was op het teweegbrengen van maximaal uiter lijk effect. Deze tendens zette vooral in de grotere steden door, in kleinere steden dus ook Reimerswaal - zal het spektakel vermoedelijk minder bizar geweest zijn. Helaas geven de verordeningen van 1402 en 1494 geen details over de uitvoering van de straf. Ook vonnisbeschrijvingen hebben we helaas niet. Maar het ligt voor de hand te veronderstellen dat een veroordeelde vrouw ook in Reimerswaal met een paar zware stenen om de schouder een vermoei end, vernederend en haar persoonlijkheid krenkend traject door de straten moest lopen.17' Steendragen in kerkelijk sfeer Naast deze strikt profane uitvoering kon het strafsteendragen, indien de rechters dit bepaalden, onderdeel worden van een kerkelijk ceremonieel, bijvoorbeeld de zon dagsmis of een processie. De steendraag ster was dan gekleed als boeteling in wit hemd met een zware kaars in de hand, ging blootshoofds en blootsvoets. Zij diende op verscheidene plaatsen haar beledigingen luid te herroepen, schuld te bekennen en vergiffenis te vragen. In deze vorm kwa men twee rechtsopvattingen en -systemen samen. Enerzijds het canonieke recht met zijn christelijk-stichtelijk denkbeeld van oprechte, individuele boetedoening ten overstaan van God, gemeenschap en gedu peerde. Anderzijds het wereldlijke (in het bijzonder laatmiddeleeuwse grafelijke en stedelijke) recht met zijn nadruk op vergel ding en afschrikking. De verantwoordelijk heid voor de strafuitvoering lag ook in deze kerkelijke vorm overigens geheel bij de wereldlijke overheid.18' Verdwijning van de straf In de loop van zestiende eeuw schijnt het steendragen algemeen vrij plotse ling vervaagd te zijn, hoewel het zich op bepaalde kleine plaatsen tot in het begin van de achttiende eeuw wist te handhaven (in Goes werd bijvoorbeeld in 1563 nog een man tot steendragen veroordeeld).19' Waarom het niet algemeen meer werd toe gepast is niet helemaal duidelijk. Mogelijk heeft het te maken met het teloorgaan van de oorspronkelijke symboliek van de straf en de toenemende verwaarlozing van de rol van het slachtoffer.20' De wens tot minder sensatie in de strafvoltrekking kan in deze tijd van Reformatie en Contrareformatie eveneens een rol gespeeld hebben. Ook in Reimerswaal is het steendragen als straf uit het recht geschrapt. De verordening van 1564/1585, die duidelijk gebaseerd was op die van 1402 en 1494, spreekt boekdelen: Tekst 3. 1564 vii. Vrouwen schelden. Item wes vrouw die kijft ofte schelt, die zal verbueren twee pont ende zoveel meer, dat zal staen tot discretiën van der wet naer gelegentheyt van den per- soene.21) Vrouwen die schelden. Zo ook zal elke vrouw die kijft of scheldt twee pond boeten en zo veel meer als het gerecht, afhankelijk van de persoon, bepaalt. Besluit Het is meer dan waarschijnlijk dat ruzies in vijftiende-eeuws Reimerswaal even fre quent voorkwamen als in andere kleine steden, zowel tussen mannen als tussen vrouwen. Als het stadsbestuur er niet in slaagde deze ruzies bemiddelend op te los- 23

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 2011 | | pagina 25