reeds kleine coöperatieve zuivelfabriekjes
opgericht.
Het was Pieter Lindenbergh die, al lang
overtuigd van de noodzaak tot samenwer
king en modernisering, het initiatief nam
tot stichting van de roomboterfabriek.9)
Samen met zijn jongste broer Johannes
en Kornelis Dominicus begaf hij zich naar
Peutie bij Vilvoorde in België, waar een
samenwerkingsverband in de melkerij en
zuivelbereiding bestond. Dit diende als
voorbeeld voor de in Wemeldinge op te rich
ten coöperatieve vereniging. De vestigings
plaats voor de fabriek vormde geen pro
bleem. Men huurde hiervoor een ruimte die
resteerde van de voormalige bierbrouwerij.
Alle begin is moeilijk. Dat gold zeker hier.
Men was niet gewoon om samen te wer
ken, achterdocht en wantrouwen vierden
hoogtij. Het kostte veel moeite om het be
nodigde startkapitaal bij elkaar te krijgen.
Intusschen waren er van onze boeren en
vooral boerinnen-leden die de zaak niet me-
deviel, zij wisten niet hoeveel of liever hoe
weinig zij anders maakten en waren met de
uitkomsten en de regeling niet tevreden. Zij
verlieten ons en sedert is deze zaak staande
gebleven en nu naar genoegen met goeden
naam gevestigd. Het bestuur (ik was al
tijd voorzitter) deed wat het kon om de zaak
overeind te houden, wat met moeite gelukte,
terwijl vele andere kleine, later gestichte
fabriekjes te niet gingen.
De jarenlange en bezielende leiding van
Pieter Lindenbergh zal er veel aan bijge
dragen hebben dat de roomboterfabriek op
termijn een florerend bedrijf werd. In 1929
werd, schuin tegenover de vestigingsplaats
in de oude bierbrouwerijop de hoek van de
Brouwerijweg en de Chezeeweg, een geheel
nieuwe fabriek gebouwd. Tot kort na de
Tweede Wereldoorlog is de fabriek in be
drijf gebleven. Toen is het geheel in handen
gekomen van de vestiging van de melkfa
briek 'Hollandia' in Goes.10)
Afb. 5. Het dagelijks bestuur van de suikerfabriek te Sas van Gent in 1924. V.l.n.r. staand:
A.E.C. Kruysse, G. Vogelvanger, W. Scheele; zittend: A. Wolfert, K.J.A.G. Baron Collot
d'Escury (voorzitter), P. Lindenbergh. (Noot 11, Archief ENCB, inv. nr. 705.)
14