Iets over de droogte in
den zomer van 1911.
7
Diaconessenhuis in Arnhem. Dit jaar
bedroegen de kosten voor het Burgerlijk
Armbestuur een kleine zeshonderd gul
den. Ook dit lichamelijk ongemak kreeg
de Kapellenaar er niet onder. In januari
1950 verhuisde Dingeman naar het her
bouwde tehuis. Korstanje overleed op
negentigjarige leeftijd in Wolfheze op 5
januari 1971. De overlijdensadvertentie
sloot met Gezang 244, vers 4:
Die hoop moet al ons leed verzachten.
Komt, reisgenoten, 't hoofd omhoog!
Voor hen, die 't heil des Heren wachten,
zijn bergen vlak en zeeën droog.
O zaligheid niet af te meten,
o vreugd, die alle smart verbant!
Daar is de vreemd'lingschap vergeten,
en wij, wij zijn in 't Vaderland!
Met dank aan de gemeente Renkum en
dhr. Ulbe Anema van Collectie Ulbe
Anema, Wolfheze. Van hem verscheen
zeer onlangs een jubileumboek van 'Het
Schild'te Wolfheze.
Bronnen:
Burgerlijke stand en bevolkingsregisters gemeente
Kapelle.
Archief Burgerlijk Armbestuur Kapelle.
www.krantenbankzeeland.nl.
Het volledige gedicht van Dingeman
Korstanje is te lezen op onze web
site. Kijk bij 'Tijdschrift de Spuije'
onder 'Artikelen'.
Afb. 5. Fragment van het gedicht van Dingeman
Korstanje. (Collectie Gemeentearchief Kapelle.)
In 'tjaar negentienhonderd elf
Was het bijna overal
Een zeer heet' en droge zomer,
Dien men zich lang nog heugen zal.
In dien zomer werd alom toch
Zulk een droogte men gewaar,
Die men voor dien niet beleefde
In geen drie-en-veertig jaar.
Seder achttien acht-en-zestig
Was geen waterstand zoo laag,
Viel geen regen in dien zomer
Dan slechts zelden maar een vlaag.
En ook thans kan men gewagen
Van zoo'n zomer als 't verleen,
Overal hier in den lande,
Ja, door gansch Europa heen.
Gaan we dan de nieuwsberichten
Uit de bladen zoo eens na,
Is de hitte 't eerst verschenen
In den Staat Amerika.
Doch ook and're werelddeelen
Bleven hiervoor niet gespaard,
Want in velerhande streken
Heerscht' een droogte, erg van aard.