Nicolaas Corstanje Een bijna vergeten verzetsstrijder Johan Boogaard Tijdens de 4 mei herdenking in de Grote Kerk in Goes werd dit jaar in een toe spraak aandacht besteed aan de onderdui kers en verzetsstrijders. Een onderwerp waarvoor weinig geschreven bronnen zijn te raadplegen, omdat 'iets opschrijven' in die dagen gevaarlijk was. Je kon erdoor gepakt worden! Toch werd er een boeiend betoog gehouden, waaraan ook ik een be scheiden bijdrage mocht leveren. In die toespraak werden de namen ge noemd van Goese verzetsmensen die in de oorlog de dood vonden: Zoals P.C. Quant, C. de Graaf, M.D. de Groot, J. Klaaysen en J.D. van Melle. Thuisgekomen bladerde ik nog eens door het boekje Bezet, Verzet, Ontzetdat vlak na de bevrijding werd geschreven door de journalist Nic. J. Karhof. Daarin staat een 'In Memoriam' voor Nicolaas Corstanje, geschreven door L. Duvekot Czn.1' Over deze verzetsman is eigenlijk zeer weinig bekend. Daarom heb ik een poging gewaagd om wat meer over deze Nicolaas Corstanje te weten te komen. Nico Corstanje werd geboren in Goes op 10 februari 1919. Zijn vader, Cornelis Abra ham Corstanje was timmerman-aannemer en had zijn timmerwerkplaats in de Lange Vorststraat in Goes. Nico was de oudste van acht kinderen: twee jongens en zes meisjes, Nicolaas en Engel (1923), Jacoba Suzanna (1921), Sara (1925), Maria Johan- na (1926), Maatje Catharina (1928), Suzan na (1930) en Jacomina Neeltje (1934).2' Toen Nico twaalf jaar was ging hij naar de Goese Ambachtsschool om voor timmerman te leren. Zijn vader had dat zo bepaald, dan kon hij later het bedrijf overnemen. Ook zijn jongere broer Engel doorliep de Ambachtsschool, waar hij het timmervak leerde. Nico was van 1933 tot en met 1935 op de Ambachtsschool en behaalde zijn diploma, maar zijn hart lag niet bij het timmervak. Hij wilde hogerop.3) Hij zocht en vond werk als kantoorbedien de op het kantoor van Duvekots Graanhan del aan de J.A. van der Goeskade. Hij was bevriend met Lauw Duvekot, de zoon van de eigenaar van de graanhandel, de man die in 1945 het 'In Memoriam' schreef in het boekje van Karhof. In 1939 werd Nico dienstplichtig. Op 1 maart 1939 kwam hij op als dienstplichtige bij de Koninklijke Marine in het oplei dingskamp Willemsoord in Den Helder. Later diende hij enige tijd bij de mariniers in Rotterdam, maar Nico wilde graag piloot worden en vroeg en kreeg overplaatsing naar het Marinevliegkamp 'De Kooy' op Texel. Op 16 november 1939 begon daar zijn opleiding als leerling-onderofficier vlieger. Als marinevlieger nam hij in de meida gen van 1940 deel aan de strijd tegen de Afb. 1. Pilotenopleiding van de marine- luchtvaartdienst met Nico Corstanje, 1939. (Alle afbeeldingen, collectie familie Cor stanje.) 39

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 2015 | | pagina 43