weten dat deze tombe zich in de Domkerk te Utrecht bevindt. 72. Cats als huldigingsplaats voor het plat teland begint met de Hollandse graven uit Henegouwen kort na 1300. Moeiteloos wordt deze procedure teruggedateerd naar de Frankische tijd (ca. 700) en zelfs tot de Kaninefaten en Bataven (Brinno en Civi- lis). Dan komt ook Nehalennia om de hoek kijken. Dat is een mooi verhaal, maar het zijn wel hele grote stappen die alleen op veronderstellingen stoelen. 96. Veronderstelde plek voor de heervaart in Kats was de reusachtige stelle op de Katse plaat. Jammer dat een spectaculair gegeven uit Wilderom en De Bruin, Noord- Beveland, blz. 23, niet is meegenomen. Uit Reygersberch melden zij, dat in 1532 een groep van 150 inwoners van Kats bij een nieuwe vloed op weg was naar eenen hoog- en hil of werf om zich in veiligheid te bren gen. Dit moet de beroemde heervaart-stelle zijn geweest. Op weg hier naar toe werden ze door het water overvallen en verdronken ze allemaal. 100-101. Afbeeldingen van Van Maerlant zijn dezelfde als op blz. 24-25 bovenaan. 103. Beetje flauw om hier alleen de handen van Erasmus af te beelden, en de gravure dan te betitelen als 'De Schrijver' door Dürer. Het is toch echt de wereldberoemde gravure van Erasmus van Rotterdam uit 1526. 120. Hier de transcriptie van de tekstaf beelding op blz. 13. Hierin staan veel meer bijzonderheden over Kats dan in het boek worden toegelicht: rondom het kasteel te Kats liggen percelen grond, hofsteden genoemd (niet letterlijk te lezen als 'boer derijen'), waarvan sommige een naam hebben, zoals 't Morkin het Moertje), 't Mat het gemet?), en een die letterlijk de hofstede heet. Er ligt 10 gemet land aan de noordzijde van de stien weghe de steen weg) die van Hendrik van Kats waren. De vermelding van een steenweg in Kats is wel heel bijzonder. 122. Hier wordt gesproken over drie ver schillende dorpen Kats, met twee kastelen. Zo wordt het verhaal alleen maar meer verward. 126. Herhaling van de informatie over de heervaart etc. Zo zijn er bij veel van de teksten en bij veel van de afbeeldingen opmerkingen te ma ken of vragen te stellen. Kortom, je moet dit boek niet beoordelen naar zijn puur historische gegevens. Veel meer is het een rijke caleidoscoop van his torische bouwstenen en beeldmateriaal. Op een zeer aansprekende manier is het materiaal met elkaar in samenhang ge bracht, soms is dit op een wat vergezochte manier gedaan. Er blijven veel vragen over, er worden zelfs meer vragen opgeroepen dan je tevoren had kunnen bedenken. De samensteller blijkt een groot liefhebber te zijn van zijn woonomgeving, en is in staat om daar boeiende verhalen over te verzamelen. Eenmaal in het boek aan het bladeren ben je verkocht, en wil je weten welke beeldenrijkdom er op de volgende bladzijden te beleven is. Een dergelijk rijk boek voor een dermate bescheiden prijs: weinig Bevelanders zullen de verleiding kunnen weerstaan om dit boek aan te schaffen voor hun eigen boekenkast. Op de website van Galerie Kats kunnen tot in lengte van jaren aanvullingen en correcties worden toegevoegd. Kortom het boek gaat niet puur over de geschiedenis van het dorp Kats vóór 1530, noch over de geschie denis van de diverse adellijke families Van Cats in de middeleeuwen en later. Het is een persoonlijke kijk op een aantal middel eeuwse gebeurtenissen en omstandigheden die enigszins met Kats, Noord-Beveland en Jacob van Maerlant te maken hebben, overweldigend ruim, impressionistisch en lang niet altijd to the point geïllustreerd. Heerlijk dat zulke boeken nog steeds ver schijnen. Frank de Klerk 48

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 2015 | | pagina 52