-18- met dien verstande, dat in de ramen op voorstel van den burgemeester tegen het door de jeugd stukgooien plastic ruiten ingezet werden. Het torenportaal is aldus tot een ruimte geworden, waarin men beschermd tegen weersinvloe den vertoeven kan. In het torenportaal omhoogblikkende ziet men de aanzetten der nooit aangebrachte gewelven zich duidelijk afteekenen. Via de wenteltrap en een deurtje kan men den tweeden to renzolder bereiken. Doordat weer en wind, regen en sneeuw vrij spel hadden, was de vloer spoedig verrot: sinds on heugelijke tijden was hij wegens levensgevaar verwijderd. Deze krachten deden tesamen met de vogeluitwerpselen daarna hun slopende werk op de zware binten, die daardoor bij het begin der restauratie niet alleen gevaarlijk wa ren, doch ook niet de minste samenhang tussen de vier torenmuren meer bevorderden. Het was dan ook een eerste vereischte die rotte balken te verwijderen, maar dit was, gezien de enorme hoogte waarop gewerkt moest worden, voor den aannemer - de firma Wattel - geen eenvoudige opgave: de eenige eenigzins betrouwbare vloer en bintlaag, waar aan iets getakeld kon worden, was die van den zolder op 50 m. hoogte.' Er moesten drie moerbinten, elk met de af metingen 45 x 45 cm. en een gewicht van 2000 kg. gesloopt en opnieuw aangebracht worden. Indien men beseft, dat elk moerbint in den muur een oplegging van 1,25 m. verkreeg, dan heeft men enig vermoeden, welke moeilijkheden deze operatie opleverde. Tegelijkertijd moesten ook groote stukken van het metselwerk gerestaureerd worden. (De eerste zolder heeft tot verblijf van den klokkenlui der resp. brandwachter gediend, die tot taak had ieder kwartier, half en heel uur (met de vóórslagen) de klok- (ken) te luiden. Het zal duidelijk zijn, dat het dezen man volstrekt onmogelijk was van 26 m. hoogte binnen zijn "vrijen tijd" - minder dan een kwartier - de wentel trap af en daarna weer op te rennen. Ten zijnen gerieve was derhalve tegen den noordmuur bij den oostelijken hoek een schouw en in den zuidoostelijken hoek een privaat aangebracht. H.H.) Het beeldhouw- en ander natuursteenwerk aan de buitenzij den: Oudtijds was al het beeldhouwwerk in Bentheimer zand steen uitgevoerd, terwijl de vlakke muurgedeelten met zgn. "paramentwerk" in gobertange kalksteen bekleed wa ren.

Tijdschriftenbank Zeeland

Stad en lande | 1975 | | pagina 18