Jacob Cats (1577-1660) In het letterkundig leven van de Gouden Eeuw (17e eeuw) trad Jacob Cats als een van de hoofdpersonen op de voorgrond. Hij werd vooral in deze regio betiteld als „Vader Cats". In de rumoerige tijd van de Spaanse overheersing werd hij niet ver van de haven in Brouwershaven geboren. Op zijn buitengoed „Zorgvliet" bij 's- Gravenhage is hij in 1660 overleden. Hij bezocht de Latijnse school in Zierikzee en verbleef gedurende zijn studietijd ten huize van de conrector Theodorus Kemp. Jacob Cats schreef over zijn Zierikzeese tijd het volgende: 292 „Ik konde mij voor eerst tot leeren niet begeven: „De school van Zierickze scheen mij een droevig leven; „Soo dat het eerste jaar geheel ten eynde quam, „Eer dat ick recht begon en iet ter herten nam. „Ons meester was een man, gantsch kluchtig in manieren, „Hij liet hem al te veel of al te luttel vieren: „Nu deftig als een Prins in zijn geduchte magt, „Dan weder als een kint en uytermate sagt". Bij duizenden werden „De Wercken van Vader Cats" gekocht en gelezen als „een tweede huisbijbel". Zij bevatten een schat aan practische levenswijsheid, in aardige berijmde spreekwoorden, anecdoten, zinnebeelden en verhalen. In samenspraken werden de actuele levensvragen van destijds op levendige wijze behandeld. Zijn opvoeding en studie bestempelden hem te behoren tot de aristocratie, maar toch bleef hij een volksman. Zijn vader was biersteker, die in 1598 en 1599 het burgemeestersambt van Brouwershaven bekleedde. Cats studeerde in Leiden en promoveerde te Orléans. Jacob Cats schreef niet zoals de geleerden van die tijd in het Latijn, maar bediende zich van de volkstaal. „Wij hebben overal", zegt hij, „gepoocht te gebruycken een openbare, eenvoudige, ronde en gans gemeene manier van seggen, deselve meest overal ghelijck makende met onse dagelickse maniere van spreken, daarin alle duysterheyt, (so veel ons doenlick is geweest) schouwende", (schuwende). Het ambtelijke leven van Cats kan als volgt samengevat worden: Stadsadvocaat te Middelburg; in 1605 huwde hij met

Tijdschriftenbank Zeeland

Stad en lande | 1991 | | pagina 22