De restauratie - 2e fase. Op grond van financiële overwegingen is de tweede fase aanvankelijk in vier delen verdeeld: deel 1de aanvullende werken aan de kapcon structie deel 2: kerkschip en altaar deel 3: voorgevel met zangzolder deel 4: de sacristieën en overige werkzaamhe den. Deel 1 was nodig om de kapconstructie dusda nig te verstevigen, dat in fase 2 de in 1937 verwijderde kolommen wederom aangebracht konden worden nu in de vorm van stalen ko lommen. Tevens zou door de aanleg van trappen en loopvloeren de toegankelijkheid van de kap constructie en het inspecteren hiervan aanzien lijk verbeterd worden. Deel 2 was apart in verband met de reële moge lijkheid van grotere financiële tegenvallers bij de restauratie van de buitenmuren en het plaatsen van de aanvullende kolommen en het vernieuwen van de vloerconstuctie. De delen 3 en 4 waren in tijd opgeschoven in verband met het jaar van beschikbaar komen van subsidiegelden, teneinde een zo gering mo gelijk renteverlies te hebben. Bovendien was de mogelijkheid aanwezig om door temporiseren, financiële problemen uit het 2e deel op te van gen. De hele restauratieperiode zou lopen van 1993 tot ca 1998. De kosten van de 2e fase werden uiteindelijk begroot tot de schrik van velen op ca 1,8 mil joen gulden. Deze begroting kwam tot stand na inwinnen van veel informaties op grond van uit gebrachte offertes. 1 September 1993 werd na een voorbereiding stijd van ca 3 maanden daadwerkelijk met fase 2- deel 2 begonnen door het kerkgebouw ter beschikking van de aannemer te stellen. Het pa rochie - centrum, dat naast de kerk is gelegen was als noodkerk ingericht. In de loop van de eerste drie maanden bleek, dat de goede voorbereiding zijn vruchten afwierp, doordat de kostenoverschrijdingen zeer miniem waren, terwijl ook "verrassingen"' uitbleven. Dit leidde ertoe, dat in december 1993 besloten werd om de delen 3 en 4 direct in aansluiting op deel 2 uit te voeren, ook al omdat een vergelij kende kostenbegroting aangaf, dat er een niet al te groot financieel nadeel bij uitvoering ineens zou optreden. Dit was dan de prijs om i. p. v. pas in 1998 of 1999 nu al eind 1994 over een geheel gerestaureerd kerkgebouw te kunnen beschikken. Het kerkbestuur was bereid om deze prijs te betalen. Zodoende en aldus besloten werden eind 1993 en in de loop van 1994 de diverse aanvullende opdrachten aan de leveranciers ge geven. Moeilijke beslispunten waren hierbij kleurstel ling en verlichting. Voor wat betreft de kleurstelling, is na ampele discussies het advies opgevolgd van de heer Kurver, die aan Monumentenzorg verbonden is. Bij de kleurstelling is deze uitgegaan van de oude tegelvloer en heeft met een aantal wit- en grijstinten het interieur een sober aanzien ge geven. Voor het priesterkoor is gekozen voor een zwarte hardsteen. Het plafond, uitgevoerd in wikkelwerk, heeft een tint tegen rose aan, waardoor het strenge van de wit- en grijstinten verzacht wordt. Hier en daar worden wat ac centen in zilver aangebracht. Voor de verlichting is uit diverse aanbiedingen en systemen gekozen voor een eigentijdse bena dering van verlichting van de firma Karma. De armaturen zijn zuiver bedoeld om de licht bronnen te dragen, terwijl het licht de ruimte een aanzien moet geven van sobere viering tot feestelijk. Hiertoe zijn veel schakelmogelijkhe den aanwezig. Tevens zijn de uitstekend geres taureerde glas - in - lood ramen van verlichting voorzien, zodat ook 's avonds deze meer tot hun recht zullen komen. Ten behoeve van de slechthorenden is een dovenringinstallatie aangebracht, hiernaast is ook de totale geluidsinstallatie vernieuwd. Akoestiek. Het kerkgebouw beschikte vóór de restauratie over een uitstekende akoestiek. De wanden zijn nu van een poreuse pleisterlaag voorzien en zowel de vorm van het priesterkoor als het zangkoor hebben wijzigingen ondergaan. Gehoopt wordt, dat de akoestiek nog steeds goed is. 524

Tijdschriftenbank Zeeland

Stad en lande | 1995 | | pagina 6