De walvis in Burghsluis. Tegen betaling van een dubbeltje mocht men niet alleen het dode dier bekijken, maar men mocht er ook op staan. In de Middelburgsche Courant van 12 mei werd de volgende uitleg over dit soort walvisachtigen gegeven: "De echte walvissen zijn van de vinvisschen gemakkelijk te onderscheiden door de afwezigheid eener rugvin en doordat de on derzijde geheel glad is, terwijl men bij de vinvisschen aan de bovenzijde eene rugvin en aan de onderzijde vele in de lengte verloopende sleuven of groeven waarneemt die zich vanaf den kop, naar gelang van de soort, min of meer ver naar achteren uitstrekken. De gewone vinvisch is het langste van alle be kende dieren op onze aarde en bereikt eene lengte van 34 meter; de bovenzijde is fraai glanzend zwart, de onderzijde wit. Hij bewoont het meest noordelijke gedeelte van den Atlantische Oceaan en de IJszee en voedt zich met visch, kabeljauw, schelvisch, haring enz. In de maag dezer kolossale dieren heeft men soms 600, ja 800 kabeljauwen of schelvisschen aangetroffen, eene hoeveelheid voldoende voor den maaltijd van 1200 of 1600 menschen. Doordat de gewone vinvisch dikwerf groote scholen van landwaarts zwemmende visschen achtervolgt, geraakt hij ook in de nabijheid dei- gevaarlijke kusten, waar hij dan niet zelden ver ongelukt en strandt. In de vorige eeuw zijn er op deze wijze wel 10 of 12 dier zeemonsters op onze kusten aangeland. Door de walvischvangers wordt op den gewo nen vinvisch weinig jacht gemaakt, daar hij te weinig spek oplevert, te vlug en te gevaarlijk is". Nog enige tijd kon men de vis, die reeds begon te stinken, bij de familie Van der Klooster be wonderen. Intussen had ook Mattheus Johannes van Beveren uit Veere belangstelling voor de walvis getoond. Waarschijnlijk had van Beveren, die regelmatig als rijkstonnenlegger de wateren rond Schouwen bevoer en vrijwel alle vissers kende, naar aanleiding van de be richten in de krant contact gezocht met de fami lie Van der Klooster. Op 16 mei verschijnt er na melijk in "De Zeeuw" de volgende advertentie: "Walvisch Veere. De walvisch, lang ruim 19 Meter aangespoeld te Burghsluis is door 'n sleepboot aangebracht te Veere en gedurende de Pinksterdagen aldaar te bezichtigen op de Werf van den Heer Van Beveren voor 10 cent per persoon". Tijdens de Pinksterdagen is het dier door 2500 belangstellenden aanschouwd, wat goed was 18

Tijdschriftenbank Zeeland

Stad en lande | 1996 | | pagina 24